Een vrijliggende busbaan is wat betreft de verkeerskenmerken het meest vergelijkbaar met een gebiedsontsluitingsweg met een (zeer) lage intensiteit. Dit betekent dat de oplossingen zoals genoemd in subparagraaf 6.3.2 richtinggevend zijn.
Bij een kruispunt van een solitair fietspad behorend tot het hoofdfietsnetwerk met een vrijliggende busbaan wordt een voorrangskruispunt aanbevolen, met een brede middengeleider in de busbaan en een snelheidremmer voor de bus. Als er intensief en snelrijdend openbaar vervoer van de busbaan gebruikmaakt, kunnen aanvullend verkeerslichten worden toegepast, met een gunstige regeling voor het fietsverkeer. Door de lage intensiteit op de busbaan zal de roodlichtnegatie door fietsers bijzonder hoog...