Uitgangspunt bij erftoegangswegen binnen de bebouwde kom is dat het gemotoriseerd verkeer niet harder rijdt dan 30 km/h. Op kruispunten is de voorrang niet geregeld met borden, tekens of verkeerslichten: alle bestuurders van rechts hebben voorrang (en ook een van links komende tram). Maar voetgangers zijn geen bestuurders en hebben dus niet automatisch voorrang. Wel is een voetganger verkeer en geldt de verkeersregel ‘rechtdoorgaand verkeer op dezelfde weg gaat voor’. Afslaande automobilisten moeten voetgangers die rechtdoor gaan voor laten gaan.
Gezien de beperkte intensiteiten en lage snelheden op deze kruispunten zijn normaalgesproken geen oversteekvoorzieningen voor voetgangers nodig. Breng alleen een...