Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Verbeteren veiligheid AHOB-spoorwegovergangen
Deze tekst is gepubliceerd op 05-10-20

Algemeen

Voor het kunnen plaatsen van de overwegbeveiliging worden er door ProRail nadere eisen gesteld aan de ruimte naast de weg en aan de breedte van eventuele midden- en/of tussenbermen. Dit heeft invloed op het dwarsprofiel van de weg direct voor en na de overweg. Het dwarsprofiel van de kruisende weg wordt in 1e aanleg bepaald door de wegbeheerder aan de hand van de te verwachten intensiteit, de samenstelling van het verkeer en de functie van de weg. Ook de breedte van een voet- en/of fietspad wordt in 1e instantie bepaald door de wegbeheerder. Met name bij een in twee richtingen te berijden fietspad wordt er in het bijzonder extra aandacht besteed aan de breedte van het fietspad en de inrichting van een overweg in verband met onderling aanrijdgevaar. De kans op een aanrijding op een overweg moet zo klein mogelijk zijn. Aan de maximum breedte van het fietspad worden in principe geen beperkingen gesteld.
Voor CROW-richtlijnen over de gewenste maatvoering van wegen, fietspaden en voetpaden, wordt verwezen naar:
  • Het handboek Wegontwerp 2013: deze bestaat uit vier publicaties: Basiscriteria (publicatie 328), Erftoegangswegen (publicatie 329), Gebiedsontsluitingswegen (publicatie 330) en regionale stroomwegen (publicatie 331). Klik [ link ] voor meer informatie over het handboek.
  • [ link ] .