Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Gebiedsontsluitingswegen
Deze tekst is gepubliceerd op 14-10-11

Middenberm

Net zoals de rijrichtingscheiding staat ook de middenberm voor een belangrijk deel in direct verband met de doelstellingen ten aanzien van de verkeersveiligheid. De middenberm dient te voorkomen dat er frontale ongevallen plaatsvinden.
Middenberm
Berm tussen twee rijbanen met tegengestelde rijrichtingen.

Toepassing
De toepassing van de middenberm is gewenst bij wegtype I (2x2 rijstroken). Voor wegtype II (2x1 rijstrook) moet de middenberm als uitvoeringsvariant van de rijrichtingscheiding worden ontraden in verband met:
  • de benodigde verkeersmaatregelen bij werk in uitvoering (paragraaf 8.3.3.1);
  • de herkenbaarheid van de ‘enkelbaans’gebiedsontsluitingsweg;
  • het ruimtebeslag;
  • de bereikbaarheid voor hulpdiensten.
Dimensionering
De breedte van de middenberm (gemeten tussen de verhardingen) dient in samenhang met de breedte van de beide rijbanen en de benodigde ruimte voor eventuele bebakening, bebording, verlichting en linksafvakken te worden bepaald:
  • minimaal:
  • maximaal:
3,00 m;
6,00 m.
Bij een kleine onderlinge afstand van voorrangskruispunten met linksafvakken en een smalle middenberm, zal de totale breedte van de weg variëren. Om redenen van esthetica is het dan aan te bevelen de breedte van de middenberm zodanig ruim te dimensioneren dat hierin de linksafvakken kunnen worden opgenomen.
In de middenberm van gebiedsontsluitingsweg mag geen geleideconstructie (geleiderail of geleidebarrier) worden aangebracht. Een dergelijke constructie is een continu kenmerk, dat bij de weggebruiker de indruk van een stroomweg oproept. Om de doorschrijdingskans van de berm te reduceren kan eventueel een (botsveilige) aardenwal worden aangebracht (figuur 8-5). Dit vraagt echter veel ruimte.