Dwarsonvlakheid

Onder dwarsonvlakheid, ook aangeduid met spoorvorming, vallen alle onvlakheden in dwarsrichting. Te diepe rijsporen houden een direct gevaar in voor de verkeersveiligheid. Bij aanwezigheid van water in het rijspoor kan bij hogere rijsnelheden aquaplaning optreden. Dwarsonvlakheid komt vooral voor op zwaar belaste wegen en rijstroken met dichte deklagen. De permanente vervorming treedt in hoofdzaak op in combinatie met hoge omgevingstemperaturen.

Bij dwarsonvlakheid kan onderscheid worden gemaakt in primaire spoorvorming en de minder vaak voorkomende secundaire spoorvorming. Onder primaire spoorvorming wordt verstaan de cumulatie van permanente vervorming in de bovenste asfaltlagen van een asfaltverharding. Bij relatief dunne asfaltverhardingen direct op zand of een niet draagkrachtige fundering zal de permanente vervorming eerder optreden in de lagen onder het asfalt. Deze vorm van spoorvorming levert aan het wegoppervlak een breed vervormd spoor op bij primaire spoorvorming is het vervormde spoor vaak net zo breed als een vrachtwagenwiel (zie Figuur 136);