Levensduur verlengend onderhoud
De levensduur van de rechter rijstrook zal op meerstrookswegen met gescheiden rijbanen altijd korter zijn dan die van de aanliggende rijstroken. Door ‘tussentijds’ levensduurverlengend onderhoud uit te voeren op de rechter rijstrook kan de levensduur van die rijstrook ‘gelijk’ worden getrokken met die van de aanliggende rijstroken. Een van de maatregelen die wordt toegepast is die van ZOEAB of ZOEAB+ (zie 11.4.9). Doordat door de maatregel groot onderhoud wordt uitgesteld kan het uitgestelde groot onderhoud worden geoptimaliseerd. Uitstel van groot onderhoud is ook duurzamer en geeft minder verkeershinder door wegwerkzaamheden.
Onder levensduurverlengende technieken (zie 11.4 voor een beschrijving van de technieken) worden verstaan maatregelen die:
- bedoeld zijn voor het uitstellen van groot onderhoud van de deklaag;
- niet constructief bijdragen aan de asfaltverharding;
- worden toegepast op een wegvak, dus geen lokale schade;
- niet destructief zijn voor de bestaande deklaag;
- planbaar zijn.
Bij meerstrookswegen met gescheiden rijbanen speelt altijd de vraag of na aanleg van de weg het volgende onderhoudsmoment het beste rijbaanbreed of rijstrookbreed kan worden uitgevoerd. In het geval van 2x2-wegen met vluchtstrook worden met rijstrookbreed onderhoud maatregelen op de rechter rijstrook bedoeld. Bij meerstrookswegen (2x3, 2x4 of meer rijstroken) omvat rijstrookbreed onderhoud afhankelijk van de kwaliteit van deze rijstroken meestal maatregelen op de twee meest rechter rijstroken.
Uit onderzoek [110] blijkt dat op wegen met gescheiden rijbanen en drie of meer rijstroken per rijbaan de onderhoudsstrategie rijbaanbreed onderhoud de meest gunstige strategie is. Bij deze strategie wordt onderhoud aan de aanliggende rijstrook gelijktijdig meegenomen. Als het verschil in levensduur van de linker- en rechterrijstrook drie jaar of meer is, de rijstrookbrede onderhoudsstrategie goedkoper dan de rijbaanbrede onderhoudsstrategie.
Ook wordt door wegbeheerders preventief onderhoud met verjongingsmiddelen (LVOv) toegepast op het ZOAB van de rechter rijstrook of op deklagen van SMA en DGD. Met LVOv-middelen wordt het bitumen verjongd, worden microscheuren geheeld en wordt bindmiddel toegevoegd. Hiermee kan de levensduur met minstens drie jaar worden verlengd.
Een kosteneffectieve onderhoudsmaatregel is de dunne asfaltinlage. Van bijvoorbeeld matig gerafeld ZOAB wordt 25 mm gefreesd en wordt weer 25 mm van een fijnere ZOAB (vaak 2L-ZOAB 8) teruggebracht. Hiermee kan de levensduur met gemiddeld zeven jaar worden verlengd. Deze maatregel is toepasbaar op andere deklagen.
Bij te lage stroefheid kan de levensduur van de weg worden verlengd door planeren of andere stroefheidsverbeterende technieken.