Verjongingsmiddelen voor preventief onderhoud van ZOAB (LVOv)
Door het aanbrengen van een LVOv-middel kan de hoeveelheid bindmiddel in een deklaag worden aangevuld waardoor de dikte van de bitumenfilm wordt vergroot. Tevens wordt het verouderde bitumen hiermee verjongd en worden microscheuren geheeld. Het aanbrengproces van LVOv-middelen vertoont veel gelijkenis met het aanbrengen van warm gespoten bitumen of bitumenemulsie voor een oppervlakbehandeling (sproeiwagen) (zie Figuur 143). Op open deklagen, zoals ZOAB, DZOAB, tweelaags ZOAB en DGD wordt een LVOv-middel aangebracht op basis van een bitumenemulsie met verjongingsmiddel. De hechtbruggen in het asfaltmengsel worden versterkt en verjongd. Op dichte deklagen (AC en SMA) wordt een sealmiddel aangebracht op basis van een bitumenemulsie of warm polymeer gemodificeerd bitumen zonder verjongingsmiddel. Ook hier worden de hechtbruggen in het asfaltmengsel versterkt door het aanbrengen van nieuw bindmiddel. Met LVOv kan rafeling in ZOAB met minstens 3 jaren worden vertraagd of gestabiliseerd.
[ link ]
Figuur 143 Aanbrengen verjongingsmiddel
Behandelen met LVOv is nuttig bij beginnend steenverlies/rafeling of preventief wanneer geringe rafeling is opgetreden. Omdat het effect van het intrekken van het LVOv-middel (‘migreren’ genoemd) gering is, kan de weg na een half uur weer worden opengesteld voor het verkeer.
Het wegoppervlak moet schoon en vrij van losse delen zijn voordat het LVOv-middel wordt aangebracht. Het LVOv-middel wordt aangebracht tussen de wegmarkeringen. LVOv-middelen moeten niet bij hoge temperaturen (luchttemperatuur hoger dan 30°C of wegdektemperatuur hoger dan 60°C) worden toegepast omdat de weg anders niet snel genoeg opengesteld kan worden voor verkeer.
Door het toepassen van LVOv-middelen kan de stroefheid verminderen. Daarom wordt tijdens de behandeling het oppervlak afgestrooid. De toepassing van LVOv heeft minimale gevolgen voor de geluidsreductie en waterdoorlatendheid van ZOAB.