Strak en vlak leggen van asfaltwapening

Voor een goed functioneren is het van cruciaal belang dat een wapeningproduct strak en vlak wordt aangebracht. Plooien, vouwen en opkrullen zijn niet toelaatbaar, zowel vanwege de krachtoverdracht van de asfaltwapening als vanwege de kwaliteit van de overlaag.

In het verleden werden diverse wapeningproducten met enige voorspanning uitgerold en daarna vastgezet met nagels. Dit voorkomt het ontstaan van plooien en opkrullen. Grote voorspankrachten kunnen daarmee echter niet worden gehaald, omdat de nagels dan uit het asfalt worden getrokken. Tegenwoordig wordt bijna geen enkel wapeningproduct nog voorgespannen. Wel worden verschillende producten onder enige trekspanning afgerold en dan op diverse wijzen vastgekleefd of genageld.

Producten met enige buigstijfheid haaks op hun vlak hebben de neiging om na uitrollen weer terug te willen in de kromming van de rol en daarom op te krullen of op te bollen. Om dit te voorkomen moet de rol op de juiste wijze worden afgewikkeld, en moet aandacht worden besteed aan het platdrukken van het wapeningproduct.

Bij bochten in de weg is in de buitenbocht meer lengte wapeningproduct nodig dan in de binnenbocht. Dit geldt ook al bij heel flauwe bochten. Bij een hoek van 1° in een wapeningsbaan met een breedte van 2,0 m is in de binnenbocht al 3,5 cm materiaal over. Zonder speciale aandacht zullen in de binnenbocht plooien of vouwen ontstaan, wat niet acceptabel is. Vaak wordt daarom voorgeschreven om bij een bocht de rol af te knippen en zo nodig vast te zetten, en daarna opnieuw te beginnen in de juiste richting met voldoende overlap (zie paragraaf 6.6) met de vorige baan. Bij stalen asfaltwapening kunnen als alternatief de mazen in de binnenbocht kleiner gemaakt worden door de draden te buigen (Figuur 35). Zie verder de verwerkingsvoorschriften van elk product.