Woord vooraf

Deze richtlijn beschrijft hoe opdrachtgevers en opdrachtnemers bij het verwijderen van asfaltconstructies moeten beoordelen of vrijkomend asfalt teerhoudend of teervrij is.

In deze richtlijn is beschreven hoe het vooronderzoek, het opstellen van het boorplan, het uitvoeren van het boorwerk, het onderzoeken van boorkernen, het beoordelen van de resultaten van het onderzoek, het opstellen van het verwijderplan, het selectief verwijderen van asfalt en het transporteren en afgeven van vrijgekomen asfalt moeten worden uitgevoerd.
Als al deze stappen conform deze richtlijn zijn uitgevoerd, kunnen asfaltcentrales en recyclingbedrijven asfalt dat als teervrij is beoordeeld accepteren voor verdere verwerking.

Echter in deze publicatie gaat het met name om de vraag hoe het best kan worden omgegaan met vrijgekomen teerhoudend asfalt. Deze vraag valt uiteen in een aantal deelvragen. De antwoorden daarop worden gegeven aan de hand van het proces waarbij asfalt vrijkomt. Dat begint op het moment dat een weg- of terreinbeheerder vaststelt dat een bestaande asfaltverharding geheel of gedeeltelijk moet worden verwijderd. Het eindigt, althans binnen deze publicatie, bij de acceptatie van het vrijgekomen asfalt door een verwerker. In het traject naar de acceptatie spelen vele aspecten een rol, waaronder de wet- en regelgeving, de inventarisatie en het onderzoek van het vrijkomend asfalt, aandachtspunten bij het opstellen van het bestek (UAV 2012 contracten) of de vraagspecificatie (UAV-GC 2005 contracten), het slopen en het frezen van de verharding, de opslag en het vervoer van het asfalt en tot slot het afgeven van het asfalt aan een verwerker.

In de publicatie worden adviezen gegeven aan wegbeheerders, aannemers, opdrachtnemers en bevoegd gezag, die duidelijk maken wie wat, waarom, wanneer moet doen en wie waarvoor verantwoordelijk is.
Het concept voor deze publicatie heeft in 2013-2014 enkele maanden ter visie gelegen. Het doel hiervan was te komen tot een verbeterde versie en de discussie over het omgaan met vrijkomend teerhoudend asfalt nieuw leven in te blazen, zodat een uniforme aanpak mogelijk wordt.

In de publicatie staan voorstellen voor de practische invulling van wet- en regelgeving. Deze voorstellen hebben onder meer betrekking op de onderzoeksprocedure om de aanwezigheid van teerhoudende materialen in asfalt vast te stellen, de acceptatie van teervrij asfalt voor warm of koud hergebruik en de benadering van teerhoudend asfalt met het oog op de Europese afvalstoffenlijst. In deze publicatie heeft de werkgroep het ontvangen commentaar naar beste weten verwerkt.

In deze publicatie wordt verwezen naar de tweede versie van de Code Milieuverantwoord Wegbeheer die op 25 september 2014 is gelanceerd.
Het Ministerie van Infrastructuur heeft de totstandkoming van deze nieuwe versie van de publicatie met een substantiële financiële bijdrage mede mogelijk gemaakt.

CROW
dr. ir. I.W. Koster