Kosten en baten van stille wegdekken
Bij het kiezen van te nemen geluidsmaatregelen speelt de kosteneffectiviteit ervan een belangrijke rol. Het toepassen van een stil wegdek is in de meeste gevallen kosteneffectiever dan het toepassen van overdrachtsmaatregelen (het plaatsen of verhogen van een geluidswal of geluidsscherm) of het nemen van maatregelen bij de ontvanger (gevelisolatie). Een geluidsscherm of geluidswal is binnen de bebouwde kom vaak zelfs niet mogelijk of wenselijk.
Als geluidsmaatregel is een stil wegdek dan wel kosteneffectief, als wegdek is het echter duurder dan een conventioneel wegdek. Als gekozen wordt voor een stil wegdek wordt vaak met de hogere aanlegkosten wel rekening gehouden. Een stil wegdek vraagt echter om meer dan een eenmalige investering in de aanleg van een hoogwaardig asfaltproduct. Ook bij het beheer van stille wegdekken moet namelijk rekening worden gehouden met een hoger kostenniveau.
Voor een goede inpassing van een beleid met stille wegdekken is het daarom belangrijk de budgettering over meerdere jaren te spreiden.
Voor een goede inpassing van een beleid met stille wegdekken is het daarom belangrijk de budgettering over meerdere jaren te spreiden.
Afgezet tegen de meerkosten die een stil wegdek met zich meebrengt, biedt de toepassing ervan ook meerdere voordelen:
Omdat een stil wegdek een ander onderhoudsregime vergt dan een traditionele wegverharding is het belangrijk de financiële consequenties van het kiezen voor een stil wegdek goed in kaart te brengen. Ten eerste kan gesteld worden dat een stil wegdek altijd duurder is in aanschaf en onderhoud dan de meeste traditionele wegdekken. Hierbij is het belangrijk zich te realiseren dat de meerkosten zich niet zozeer manifesteren tijdens de aanschaf van het stille wegdek als wel tijdens het beheer en onderhoud. De (meer)kosten worden bij voorkeur opgesplitst in investeringskosten en onderhoudskosten. Met investeringskosten worden de (meer)kosten bedoeld die gemaakt moeten worden als op enig moment de keuze gemaakt wordt om op een bestaande weg over te stappen van een bepaald type wegverharding (bijvoorbeeld dicht asfaltbeton) naar een geluidsreducerend wegdektype. De onderhoudskosten betreffen de kosten die na de keuze van het geluidsreducerende wegdek gemaakt moeten worden om het wegdek in goede staat te houden.
- Minder mensen worden gehinderd door wegverkeerslawaai. Dit geldt niet alleen direct aan de weg, ook de bewoners verderop in de wijk profiteren van het verminderde wegverkeerslawaai.
- Omdat de geluidscontouren dichter tegen de weg aan liggen, zijn er meer mogelijkheden voor woningbouw. Hierdoor zijn er meer opbrengsten uit gronduitgifte mogelijk.
Omdat een stil wegdek een ander onderhoudsregime vergt dan een traditionele wegverharding is het belangrijk de financiële consequenties van het kiezen voor een stil wegdek goed in kaart te brengen. Ten eerste kan gesteld worden dat een stil wegdek altijd duurder is in aanschaf en onderhoud dan de meeste traditionele wegdekken. Hierbij is het belangrijk zich te realiseren dat de meerkosten zich niet zozeer manifesteren tijdens de aanschaf van het stille wegdek als wel tijdens het beheer en onderhoud. De (meer)kosten worden bij voorkeur opgesplitst in investeringskosten en onderhoudskosten. Met investeringskosten worden de (meer)kosten bedoeld die gemaakt moeten worden als op enig moment de keuze gemaakt wordt om op een bestaande weg over te stappen van een bepaald type wegverharding (bijvoorbeeld dicht asfaltbeton) naar een geluidsreducerend wegdektype. De onderhoudskosten betreffen de kosten die na de keuze van het geluidsreducerende wegdek gemaakt moeten worden om het wegdek in goede staat te houden.
Definiëren van een onderhoudsstrategie
Wanneer gekozen wordt voor een stil wegdek, wordt impliciet gekozen voor het onderhouden van de geluidstechnische eigenschappen ervan. Dit vereist een andere onderhoudsstrategie dan bij een conventioneel wegdek en hierbij hoort ook een ander prijskaartje. In een onderhoudsstrategie wordt rekening gehouden met bijvoorbeeld het klein en groot onderhoud, het eventueel reinigen van het stille wegdek en de intervallen tussen deze activiteiten. Om de onderhoudskosten van twee wegdektypen goed te kunnen vergelijken, moeten alle onderhoudskosten in een complete onderhoudscyclus gedeeld worden door de totale periode van die cyclus. Een cyclus wordt gevormd door een periode waarin alle vormen van onderhoud ten minste één keer voorkomen, waarna opnieuw een zelfde onderhoudspatroon zal optreden. Het onderhoudspatroon wordt vormgegeven op basis van twee belangrijke aannamen:
Wanneer gekozen wordt voor een stil wegdek, wordt impliciet gekozen voor het onderhouden van de geluidstechnische eigenschappen ervan. Dit vereist een andere onderhoudsstrategie dan bij een conventioneel wegdek en hierbij hoort ook een ander prijskaartje. In een onderhoudsstrategie wordt rekening gehouden met bijvoorbeeld het klein en groot onderhoud, het eventueel reinigen van het stille wegdek en de intervallen tussen deze activiteiten. Om de onderhoudskosten van twee wegdektypen goed te kunnen vergelijken, moeten alle onderhoudskosten in een complete onderhoudscyclus gedeeld worden door de totale periode van die cyclus. Een cyclus wordt gevormd door een periode waarin alle vormen van onderhoud ten minste één keer voorkomen, waarna opnieuw een zelfde onderhoudspatroon zal optreden. Het onderhoudspatroon wordt vormgegeven op basis van twee belangrijke aannamen:
- De levensduur van een traditioneel wegdek (nulalternatief) en die van het toe te passen stille wegdek;
- De uit te voeren onderhoudswerkzaam heden en de intervallen daartussen.
[ link ]
Figuur 43. Onderhoudskosten per m2 en bijbehorende onderhoudsintervallen voor beide wegdektypen
ad 1
De geschatte levensduur van een traditioneel wegdek kan sterk verschillen per locatie.
Het is bekend dat in gebieden met een minder stabiele bodem en hogere verkeersintensiteiten (denk aan de Randstad) de levensduur van dicht asfaltbeton beduidend korter is dan in gebieden met een stabiele ondergrond. Bij een stil wegdek wordt de levensduur meestal bepaald door de civieltechnische levensduur van de toplaag. De levensduur hangt dan af van de gevoeligheid voor rafeling van het wegdek in combinatie met de verkeersintensiteit en hoeveelheden wringend verkeer.
De geschatte levensduur van een traditioneel wegdek kan sterk verschillen per locatie.
Het is bekend dat in gebieden met een minder stabiele bodem en hogere verkeersintensiteiten (denk aan de Randstad) de levensduur van dicht asfaltbeton beduidend korter is dan in gebieden met een stabiele ondergrond. Bij een stil wegdek wordt de levensduur meestal bepaald door de civieltechnische levensduur van de toplaag. De levensduur hangt dan af van de gevoeligheid voor rafeling van het wegdek in combinatie met de verkeersintensiteit en hoeveelheden wringend verkeer.
ad 2
De onderhoudsstrategie voor een stil wegdek is anders dan voor een dicht asfaltbeton. Tijdens de levensduur van een traditioneel wegdek, zoals dab, wordt regelmatig klein onderhoud uitgevoerd in de vorm van het wegfrezen van slechte stukken en het inleggen van een nieuwe deklaag. Stille wegdekken zijn tussentijds moeilijk te repareren. Daarom wordt er tussentijds geen klein onderhoud uitgevoerd, maar wordt van een kortere levensduur uitgegaan.
De onderhoudsstrategie voor een stil wegdek is anders dan voor een dicht asfaltbeton. Tijdens de levensduur van een traditioneel wegdek, zoals dab, wordt regelmatig klein onderhoud uitgevoerd in de vorm van het wegfrezen van slechte stukken en het inleggen van een nieuwe deklaag. Stille wegdekken zijn tussentijds moeilijk te repareren. Daarom wordt er tussentijds geen klein onderhoud uitgevoerd, maar wordt van een kortere levensduur uitgegaan.
Voorbeeld
Hieronder wordt een voorbeeld gegeven van onderhoudsstrategieën zoals die toegepast zouden kunnen worden in twee vergelijkbare situaties. In het ene geval betreft het een dab, in het andere een dunne deklaag. Het dab wordt verondersteld een levensduur te hebben van 18 jaar. Na 12 jaar wordt klein onderhoud verwacht aan 15% van het wegoppervlak.
De onderlaag wordt vervangen na 36 jaar (tweemaal de levensduur van het dab). De dunne geluidsreducerende deklaag heeft een geraamde levensduur van 10 jaar, zonder dat er klein onderhoud wordt gepleegd. De tweede maal dat de toplaag wordt vervangen, wordt tevens een deel van de onderlaag vervangen.
Hieronder wordt een voorbeeld gegeven van onderhoudsstrategieën zoals die toegepast zouden kunnen worden in twee vergelijkbare situaties. In het ene geval betreft het een dab, in het andere een dunne deklaag. Het dab wordt verondersteld een levensduur te hebben van 18 jaar. Na 12 jaar wordt klein onderhoud verwacht aan 15% van het wegoppervlak.
De onderlaag wordt vervangen na 36 jaar (tweemaal de levensduur van het dab). De dunne geluidsreducerende deklaag heeft een geraamde levensduur van 10 jaar, zonder dat er klein onderhoud wordt gepleegd. De tweede maal dat de toplaag wordt vervangen, wordt tevens een deel van de onderlaag vervangen.
In de berekeningen worden tevens de kosten voor frezen, verkeersmaatregelen en het aanbrengen van wegmarkeringen meegenomen.
Omdat nu de volledige cycli voor beide wegdektypen zijn doorgerekend, kunnen de kosten per jaar per m2 worden bepaald. In het bovenstaande voorbeeld bedragen de meerkosten voor het onderhoud van de dunne deklaag circa 25%, vergeleken met het onderhoud van dicht asfaltbeton.