Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Landelijke richtlijn beweegbare bruggen
Deze tekst is gepubliceerd op 15-04-24

Beeldschermen

De camerabeelden worden getoond via beeldschermen. De grootte van de beeldschermen, het aantal camerabeelden per beeldscherm en de kijkafstand tot de beeldschermen bepalen in hoeverre beelden goed zijn te zien.
Eis ZM013Het oppervlak van de beeldschermen dat wordt gebruikt voor camerabediening wordt bepaald door de ergonomische kijkhoek.
ToelichtingZie hoofdstuk bediendesk.
Eis ZM014De kwaliteit van de beeldschermen moet aansluiten op de kwaliteit van de camera’s.
Toelichting
Als er bijvoorbeeld op basis van het vereiste detail voor een camera wordt gekozen met een bepaalde resolutie, dan moeten de beeldschermen dezelfde resolutie hebben. Datatransmissie mag hier geen invloed op hebben.
Eis ZM015De pixelgrootte van de beeldschermen moeten afgestemd zijn op de afstand tussen de bedienaar en het beeldscherm.
Toelichting
Als er op basis van gewenst detail gekozen is voor een x aantal pixels, dan moeten deze wel te onderscheiden zijn voor het menselijk oog. Op een zekere afstand kan het menselijk oog pixels niet meer onderscheiden en gaan pixels zich met elkaar vermengen. Dit gebeurt als het beeldscherm te ver weg staat of de pixels te klein zijn. Zie ook hoofdstuk bediendesk.
Eis ZM016Het gepresenteerde camerabeeld dient conform de originele bronverhouding te zijn.
Toelichting
Het stretchen van beelden leidt tot vervorming en daardoor lagere beeldkwaliteit, wat een negatief effect heeft op de kwaliteit van de waarneming.