|
Omschrijving | Een afgesloten kast met invliegopening. |
Situatie (aanleiding) | Aantasting van bestaande verblijfplaatsen of te weinig nestgelegenheid. Daarnaast kan een nestkast worden toegepast bij nieuwbouw in het kader van Duurzaam bouwen, Ecologisch verantwoord bouwen, Natuurinclusief bouwen of maatregelen in het kader van BREEAM. |
Doel(en) en functie(s) | Het bieden van een veilige broedgelegenheid voor de steenuil. |
|
Schadelijke effecten die worden voorkomen of verminderd | - Verlies vaste verblijfplaats
|
Soortgroep | |
Soortgroep specifiek | Steenuil |
Locatie/object | |
Permanent/tijdelijk | Permanent en tijdelijk |
|
Functie-eis | - De nestkast dient broedgelegenheid te bieden aan de steenuil.
- De nestkast dient een rustplek te bieden aan de steenuil.
- De nestkast dient bescherming te bieden tegen predatoren.
- De nestkast dient beschutting te bieden tegen weersinvloeden.
|
Objecteis (algemeen) | - De maatvoering van de nestkast dient op de steenuil te zijn afgestemd.
- De nestkast dient te zijn voorzien van een geschikte invliegopening voor de steenuil. De opening is voorzien van een ‘sluis’ met aan weerszijde schuin tegenover elkaar een opening met een diameter van 7 centimeter.
- De nestkast dient gefabriceerd te zijn van materialen met een levensduur overeenkomstig de duur van de minimale functionaliteit.
- De nestkast dient een dak te hebben vervaardigd van een waterdicht materiaal.
- De nestkast dient horizontaal te zijn geplaatst.
- De nestkast dient voorzien te zijn van goede ventilatie.
|
Aspecteis (algemeen) | - De plaatsingshoogte van de nestkast dient tussen de 2 tot 5 meter boven maaiveld te zijn.
- De aanvliegroute naar de nestkast dient zonder belemmeringen te zijn.
- De functie-eisen dienen jaarrond gegarandeerd te zijn.
- De oriëntatie van de invliegopening dient op het zuiden, oosten of zuidoosten gericht te zijn.
- Inspectie van de nestkast dient mogelijk te zijn.
- Onderhoud aan de nestkast dient mogelijk te zijn.
- De nestkast dient geopend te kunnen worden voor ecologische en technische inspectie, schoonmaak en onderhoud.
- De locatie van de nestkast dient in geval van vervanging, mitigatie of compensatie van een andere nestlocatie zo dicht mogelijk bij de voormalige locatie ervan geplaatst te worden.
|
Proceseis (algemeen) | - Door een ter zake kundig ecoloog dient te worden onderzocht of een beoogde locatie ecologisch geschikt is om een nestkast te plaatsen. Fase=O, R
- De nestkast dient periodiek onderhouden te worden, waarbij oud nestmateriaal buiten het broedseizoen of na het uitvliegen van de jonge vogels verwijderd kan worden. Fase=G, EM, TM
|
Raakvlakeis (algemeen) | - De omgeving van de nestkast dient te voldoen aan de algemene ecologische maatregelen.
- Bij de plaatsing van kasten dient rekening gehouden te worden met de aanwezigheid van voldoende foerageer- en schuilmogelijkheden in de omgeving van de kast – binnen het bereik van de steenuil.
- Bij de plaatsing van kasten dient rekening gehouden te worden met gevaren in de omgeving zoals aanrijdingsgevaar op wegen en verdrinkingsgevaar in open veedrinkbakken.
|
|
Objectspecificatie (good practice) | - Als maatvoering van de nestkast wordt vaak circa 75 centimeter lang bij 30 centimeter breed bij 25 centimeter hoog gehanteerd.
- De nestkast kan ter bescherming tegen specifieke predatoren voorzien worden van een ‘sluis’ direct na de invliegopening met een diepte van circa 5 tot 10 cm waarin een metalen arm de openingen kan afschermen.
- De nestkast wordt in de praktijk doorgaans uitgevoerd in al dan niet geschilderd hout of houtbeton.
- De nestkast kan voorzien worden van een ventilerend dak om bij te dragen aan ventilatie.
- De nestkast kan voorzien worden van spleten in de bodem om bij te dragen aan ventilatie.
- De nestkast dient voorzien te worden van een uitloopplank aan de zijde van de invliegopening wanneer de kast niet in directe aansluiting op een uitlooptak geplaats kan worden.
- De nestkast is als prefab product op de markt beschikbaar.
|
Aspectspecificatie (good practice) | - De invliegopening van de nestkast wordt bij voorkeur geplaatst in directe aansluiting op een zogenaamde uitlooptak of vergelijkbaar.
- Om een geschikte rust- en verblijfplaats te bieden voor de steenuil kan nestmateriaal zoals houtsnippers in de nestkast geplaatst worden.
|
Processpecificatie (good practice) | - Een ter zake kundig ecoloog kan betrokken worden om kennis in te brengen ten aanzien van zaken als ontwerp, ophanghoogte, locatie, oriëntatie invliegopening, materialen en onderhoud. Fase=O, R
- Bij plaatsing van nestkasten aan gebouwen of kunstwerken verdient afstemming met de eigenaren, bewoners en gebruikers van het gebouw of kunstwerk de voorkeur om de duurzame instandhouding van de nestkast te waarborgen.
- Bij plaatsing van nestkasten kan het nuttig zijn om afstemming te zoeken met lokale vogelwerkgroepen voor ‘adoptie’ van de nestkast.
- Nestkasten worden bij voorkeur jaarlijks gecontroleerd op hun technische staat. Fase= TM
- Om de functionaliteit te toetsen wordt het gebruik van de nestkast bij voorkeur gemonitord. Fase=EM
- In geval van monitoring dient deze bij voorkeur te worden uitgevoerd door een ter zake kundig ecoloog. Fase=EM
- In geval van monitoring worden de resultaten bij voorkeur doorgegeven aan gegevensbeherende instanties. Fase=EM
|
Raakvlakspecificatie (good practice) | - Kunstmatige verlichting van de invliegopening wordt bij voorkeur vermeden.
|
|
Kans | - Door de omgeving van de nestkast ecologisch te versterken kan een betere ecologische samenhang verkregen worden met betere kansen voor de soorten waarvoor de maatregel bedoeld is maar ook kansen voor andere soorten. Zie Checklist algemene ecologische maatregelen.
- Het toepassen van een nestkast kan nuttig zijn bij BREEAM-certificering.
- Het toepassen van een nestkast kan benut worden als positieve publiciteit.
|
Risico (faalfactoren) | - Vogelsoorten waarvoor de kast niet bedoeld is kunnen de kasten mogelijk koloniseren en daarmee het gebruik door de steenuil tegen gaan. Voorbeelden zijn onbedoeld gebruik door kauwen of holenduiven.
- De kast wordt door marters en katten gepredeerd.
- De nestkast wordt niet binnen enkele jaren gevonden of wordt toch niet geschikt bevonden, al dan niet in combinatie met factoren in de directe omgeving zoals een verkeerde plaatsing of te weinig foerageermogelijkheden.
- Jonge steenuilen komen om het leven door verdrinking in veedrinkbakken of door aanrijding met verkeer door onvoldoende afstemming van de locatie van de nestkast op de omgeving.
- De nestkast wordt ongeschikt in verband met ophoping van mest en verouderd en vervuild nestmateriaal als gevolg van te weinig onderhoud.
|
Versterkende aanvullende voorziening(en) | - In de omgeving van de nestkast kunnen aanvullende voorzieningen getroffen worden die de foerageer- en schuilmogelijkheden van de steenuil verbeteren, zoals ruigtevegetatie, rommelhoekjes, overstaand graan, uitkijkpalen, enzovoort.
- Predatie van de kast door marters en katten kan voorkomen worden door het gebruik van een anti-marterpendel bij de invliegopening.
- Verdrinking van steenuilen in veedrinkbakken kan voorkomen worden door uitklimmogelijkheden te bieden.
- Zie Checklist algemene ecologische maatregelen.
|
Alternatieve voorziening(en) | |
|
Bronnen | Bronnen literatuur: - Website Steenuil.
[ link ] - Soortenstandaard Steenuil Ministerie van EZ.
[ link ] - ‘Steenuil onder de pannen’; Landschapsbeheer Nederland.
[ link ] - Expertise werkgroepleden CROW.
- Expertise Tauw.
Bronnen afbeeldingen: - Afbeelding 1: Nestkast steenuil in boom. Bron: Tauw
|
Afbeeldingen | |