Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Richtlijn Houten paalfunderingen onder gebouwen
Deze tekst is gepubliceerd op 23-04-19

2.2 Visuele inspectie pand

2.2 Visuele inspectie pand
2.2.1 Inpandige inspectie
Doel: inventariseren zichtbare aspecten die duiden op verminderd functioneren van de fundering of gewijzigde belastingafdracht naar de fundering.
Methode: inpandige inspectie uitvoeren en gebreken vastleggen.
Resultaat: fotorapportage van geconstateerde gebreken (inclusief eenduidige weergave van de locatie van de gebreken). Er wordt aangegeven welke schade waarom verband heeft met het functioneren van de fundering.
Toelichting op Inpandige inspectie
Inspecties worden bij voorkeur uitgevoerd op de begane grond en (indien aanwezig) op kelder- en souterrainniveau. Indien hiervoor aanleiding is worden hogere verdiepingen geïnspecteerd. Speciale aandacht wordt gegeven aan constructieve wijzigingen in het pand of aansluitingen op latere bouwfasen (vergelijking gegevens archiefonderzoek).
Bij de inpandige inspectie is het de bedoeling dat een inventarisatie plaatsvindt van signalen die een relatie hebben met de vervormingen van het pand en daarmee met de prestaties van de fundering. Signalen die bijvoorbeeld kunnen worden opgemerkt zijn: actuele en herstelde scheuren, metselwerk dat bol staat of wijkt van kozijnen, scheefstand van onder- en bovendorpels.

2.2.2 Gevelinspecties
Doel: inventariseren signalen die duiden op verminderd functioneren van de fundering of belastingafdracht naar de fundering.
Methode: gevelschouw uitvoeren en gebreken vastleggen. De scheurgrootte wordt visueel bepaald (met een meetnauwkeurigheid ± 0,5 mm).
Resultaat: fotorapportage van geconstateerde gebreken (inclusief eenduidige weergave van de locatie van de gebreken). Er wordt aangegeven welke schade waarom verband heeft met het functioneren van de fundering.
Beoordeling: breedte van de scheuren wordt volgens tabel 1 benoemd (conform NIVRE).
Tabel 1
Scheuren Benaming
Haarscheuren Zeer klein
0,5 – 1 mm Klein
1 – 3 mm Matig
> 3 mm Groot
Toelichting op Gevelinspecties
Gevelinspecties worden uitgevoerd aan de vrij bereikbare gevels. Wanneer het pand deel uit maakt van een bouwblok of bouwstroom wordt ook de gevel van de direct belendende panden geïnspecteerd. Bij de gevelinspectie is het de bedoeling dat een inventarisatie plaatsvindt van signalen die een relatie hebben met de vervormingen van het pand en daarmee met de prestatie van de fundering.
Signalen die bijvoorbeeld kunnen worden opgemerkt zijn (herstelde) scheuren (wigvorming bij aansluiting belendingen), metselwerk (bol staan, wijkt van kozijnen), niet haaks zijn van kozijnen (scheefstand van onder- en bovendorpels), deuren en ramen.