Classificatie op basis van plasticiteit
De vloeigrens, wL en de plasticiteitsindex, PI kunnen worden gebruikt bij het classificeren van klei -, en siltsoorten, zie ook NEN-EN-ISO 14688-2(). Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de plasticiteitsgrafiek volgens Casagrande(zie figuur 3.7.4). In deze grafiek worden de klei-soorten van de siltsoorten onderscheiden door middel van de A-lijn, waarbij geldt PI = 0,73(wL - 20). Alle materialen waarvoor geldt dat de combinatie vloeigrens en plasticiteitsindex onder deze lijn valt worden gerekend tot de silt soorten. Voor de punten daarboven geldt dat ze worden geclassificeerd als klei-soort. Daarnaast wordt in de grafiek onderscheid gemaakt in de mate van plasticiteit, laag, matig, hoog of zeer hoog en extreem hoog.
[ link ]
Figuur 3.7.4, Plasticiteitsgrafiek volgens Casagrande uit: NEN-EN-ISO 14688-2, (), C = klei, M = leem of Silt, L = laag, i = gemiddeld, H = hoog, V = zeer hoog en E = extreem hoog.