Geofysische metingen
Geofysische metingen geven over het algemeen een indirecte meting van de geotechnische eigenschappen of grondlaagindeling. Zo kunnen er bijvoorbeeld elektrische weerstanden of schuifgolfsnelheden worden gemeten. In veel gevallen zal dan ook aanvullend onderzoek nodig zijn om de data te interpreteren of aan geotechnische eigenschappen te correleren.
De technieken zijn echter uitermate geschikt om over het gehele oppervlak van het project een globaal beeld van de bodemgesteldheid te verkrijgen. Bij verkenning van grote oppervlakten of langgerekte tracés zijn deze methoden goed bruikbaar als voorverkenning van de bodem. Significante verschillen in geleidbaarheid c.q. verschillen in bodemopbouw of het afbakenen van geulopvullingen kunnen met voldoende grote nauwkeurigheid worden opgespoord, zodat het regulier onderzoek efficiënt kan worden gepland.
Geofysische metingen omvatten een breed scala aan technieken die de laatste jaren een snelle ontwikkeling hebben doorgemaakt. Het voert te ver om deze hier uitgebreid te bespreken. Voor een overzicht van de basisprincipes wordt verwezen naar (). Internationaal wordt veel gebruik gemaakt van correlaties met schuifgolfsnelheden voor de bepaling van geotechnische eigenschappen, ook voor slappe klei. Een overzicht van de verschillende technieken wordt gegeven in ().