Glijvlakberekeningen
Er zijn verschillende methoden beschikbaar voor het berekenen van het evenwicht van een talud. Een van deze methoden is de glijvlakberekening. In glijvlakberekeningen, in het Engels ook wel aangeduid met Limit Equilibrium Methods, wordt het evenwicht gecontroleerd van een vooraf gekozen glijvlak. Het evenwicht kan, afhankelijk van de methode, zowel krachtenevenwicht, als momentevenwicht of een combinatie van beiden zijn. Bij de controle van het evenwicht wordt nagegaan welk deel van de maximaal beschikbare schuifweerstand nodig is om het glijvlak precies in evenwicht te brengen. De verhouding tussen de maximaal beschikbare schuifweerstand en de benodigde schuifweerstand om evenwicht te realiseren wordt aangeduid met evenwichtsfactor, veiligheidsfactor of stabiliteitsfactor. De stabiliteitsfactor wordt hier aangeduid met SF naar het Engelse Safety Factor. Indien uit een berekening, gebaseerd op verwachtingswaarden voor de sterkte-eigenschappen, volgt SF > 1 is voldoende schuifweerstand beschikbaar en wordt afschuiven van het talud niet verwacht. Indien geldt SF < 1 mag afschuiven van het talud worden verwacht. Door de stabiliteitsfactor, SF, van een groot aantal glijvlakken te berekenen kan de meest maatgevende waarde voor SF worden gevonden.
De glijvlakmodellen betreffen een bovengrensbenadering van het werkelijke evenwicht. Met andere woorden de berekende veiligheidsfactor zal gelijk of hoger zijn dan de werkelijke veiligheidsfactor. Voor een betrouwbaar berekeningsresultaat dienen voldoende potentiële glijcirkels te zijn berekend. Dit kan in de beschikbare software worden gecontroleerd door de criteria van het zoek algoritme stapsgewijs te verfijnen tot er geen significante wijziging in de berekende evenwichtsfactor wordt gevonden.
Er zijn een groot aantal glijvlakmethoden beschikbaar. De volgende methoden worden nader toegelicht:
- Wigmethode (paragraaf 6.6.1);
- Methode Bishop (paragraaf 6.6.2);
- Methode Uplift Van (paragraaf 6.6.3);
- Methode Spencer (paragraaf 6.6.4).
Daarnaast worden kort genoemd:
- Methode Janbu (paragraaf 6.6.5);
- Methode Morgenstern en Price (paragraaf 6.6.6).
Voor cirkelvormige glijvlakken zullen de berekeningsresultaten van de verschillende methoden, met uitzondering van de wig methode, niet significant van elkaar verschillen. De verschillen ontstaan bij niet-cirkelvormige glijvlakken, zoals langgerekte glijvlakken bij opdrijven langs een horizontaal vlak, waar de methode Uplift Van voor ontwikkeld is. De methode Spencer is niet gekoppeld aan een vaste glijvlakvorm waardoor deze methode geschikt voor zowel cirkelvormige glijvlakken als willekeurige glijvlakvormen of langgerekte glijvlakken bij opdrijven langs een niet-horizontaal glijvlak.
Meer lezen?
, algemene achtergronden en methode Bishop
, handleiding D Geo-Stability, met name methoden Bishop, Uplift Van en Spencer
, schematiseringshandleiding macrostabiliteit, methoden Bishop, Uplift Van en Spencer
, algemene achtergronden
, algemene achtergronden
, handleiding D Geo-Stability, met name methoden Bishop, Uplift Van en Spencer
, schematiseringshandleiding macrostabiliteit, methoden Bishop, Uplift Van en Spencer
, algemene achtergronden
, algemene achtergronden