Laboratoriumonderzoek
In het laboratorium kunnen onder geconditioneerde omstandigheden proeven worden uitgevoerd om benodigde parameters te kunnen bepalen. Laboratoriumproeven kunnen worden uitgevoerd ten behoeve van het classificeren van grond. Dit is toegelicht in paragraaf 3.7.1. Daarnaast worden proeven uitgevoerd voor het bepalen van rekenparameters. Een goed opgezet laboratoriumonderzoek bestaat uit beide toepassingen, zodanig dat de bepaalde rekenparameters kunnen worden gekoppeld aan de classificatieparameters.
Een eerste indicatie welke rekenparameter met welk type proef kan worden bepaald is in de onderstaande tabel weergegeven. De tabel geeft parameters die in de dagelijkse praktijk veel worden gebruikt. Bij het gebruik van geavanceerde materiaalmodellen, zoals toegepast in eindige elementen omgeving, worden de parameters meestal bepaald aan de hand van geavanceerde triaxiaalproeven, waarvoor soms speciale spanningspaden zijn vereist.
Tabel 3.7.1. Indicatie welke ontwerpparameters met welk laboratoriumproef kan worden bepaald, naar: NEN-EN-1997-2 (NNI, 2007)
Geotechnische parameter | Proef |
Oedometer modulus, E oed , samendrukkingsindices, Cc , Cr , RR, CR, a, b | OED, CRS (TX) |
Elasticiteitsmodulus, E Glijdingsmodulus, G | TX DSS |
Stijfheidsparameters, κ, λ d | TX, CRS |
Kruipparameters, C α , μ, c | OED, CRS, (TX) |
Gedraineerde (effectieve) sterkte parameters, c’, φ’ | TX, SB, DSS |
Residuele schuifweerstand, c’ r , φ’r | RS, (SB) |
Ongedraineerde schuifweerstand, s u | TX, DSS, (SIT), zie opmerking a |
Volumieke dichtheid, ρ | BDD |
Consolidatiecoëfficiënt, c v | OED, (CRS) b |
Doorlatendheid, k | PTC, PTF, OED, CRS, TXCH, (PSA), zie opmerking c |
BDD: bepaling volumieke massa DSS: Direct Simple Shear proef OED: Oedometer proef PTF: Doorlatendheidsproef, falling head PTC: Doorlatendheisproef constant head RS: Ringshear proef SB: Schuifproef SIT: Index proeven, bv fall cone PSA: Zeefcurve TX: Triaxiaalproef TXCH: Doorlatendheidsproef in triaxiaalcel CRS: Constant rate of strain proef | |
a. Voor niet cohesief materiaal, zoals zand en grind kan s u niet worden bepaaldb. Consolidatiecoëfficiënt kan niet rechtstreeks uit een CRS proef worden bepaald c. welke methode het meest geschikt is hangt af van grondsoort, de correlatie met zeefkromme is alleen mogelijk voor niet-cohesief materiaal zoals zand en grind. d. Stijfheidsparameters voor het Cam Clay model, en aanverwante modellen zoals Soft Soil en Soft Soil Creep model |