Inleiding
Het herkennen en inschatten van risico’s is een belangrijk onderdeel bij constructies. Het uitvoeren van een risicoanalyse helpt om de risico’s te kwantificeren door de kans te bepalen dat er iets fout kan gaan en de gevolgen van het foutgaan. Om risico’s in kaart te brengen, zijn meerdere methodes beschikbaar. In deze paragraaf komen de volgende methodes aan bod:
- Faalkansanalyse;
- foutenboom/gebeurtenissenboom;
- risicomatrix;
- objectrisicoanalyse (ORA/FMECA).
Voor projecten in de civiele techniek wordt vaak de RISMAN-methode (afkorting voor RISicoMANagement-methode) gebruikt. Deze methode wordt in dit handboek niet verder behandeld. Meer informatie over RISMAN staat in [1].