Constateringen en conclusies
Constateringen
- Door het ontbreken van voldoende herhalingen is het niet mogelijk om van de grind- en de nucleaire methode de herhaalbaarheid (NEN 3114) te bepalen. Wel is het mogelijk om een schatting te geven voor de nauwkeurigheid waarmee bij dit onderzoek de werkelijke dichtheid gemeten is, namelijk circa 25 kg/m3 standaardafwijking voor beide methoden.
- Bij de grindmethode worden systematische fouten gevonden, die afhankelijk zijn van de soort en de aard van het materiaal. Hoewel het vermoeden bestaat dat de systematische fout afhankelijk is van de verdichtingsgraad, is dat bij dit onderzoek niet significant aantoonbaar gebleken. De systematische fout in de gemeten natte dichtheid is ongeveer 30 kg/m3 groter dan de systematische fout in de droge dichtheid (tabel 1).
- Bij de nucleaire methode worden systematische fouten gevonden, die afhankelijk zijn van de soort en de aard van het materiaal. Hoewel ook hier het vermoeden bestaat dat de systematische fout afhankelijk is van de verdichtingsgraad, is dat niet significant aantoonbaar gebleken. De systematische fout in de droge dichtheid is groter dan die in de natte dichtheid. De grootte van dit verschil is afhankelijk van het soort materiaal. Bij hoogovenslakken bedraagt de systematische fout in de meting van de droge dichtheid bijna 50 kg/m3 meer dan de fout die gemaakt wordt bij de bepaling van de natte dichtheid. Voor betongranulaat bedraagt het verschil nog geen 20 kg/m3 (tabel 1).
Conclusies
- De nauwkeurigheid van de gemeten dichtheid als ‘schatter’ voor de werkelijke dichtheid is in het verrichte onderzoek van beide methoden ongeveer gelijk. Hierbij wordt dan wel uitgegaan van een enkelvoudige nucleaire meting; een windroosmeting is nauwkeuriger, namelijk circa 15 kg/m3.
- ‑De systematische fout die bij de nucleaire methode wordt gemaakt is kleiner dan die bij de grindmethode.
- Bij de grindmethode wordt de systematische fout voornamelijk veroorzaakt bij het graven van het gat. Behalve dat deze fout afhankelijk is van het soort materiaal en vermoedelijk ook van de in het werk gerealiseerde dichtheid, geeft ook de wijze waarop het gat wordt gegraven, een grote bijdrage aan de grootte van de fout. Door de relatief grote vrijheid die gegeven wordt bij het graven van het gat, wordt de proef hiermee sterk laborantafhankelijk.
- De meetresultaten van de nucleaire methode lijken duidelijk minder laborant-afhankelijk te zijn dan die van de grindmethode. De bij deze methode gevonden systematische fouten worden veeleer veroorzaakt door de aard van het materiaal en de wijze waarop het vochtgehalte wordt bepaald.