Veel toegepaste houtsoorten na 1940
Azobé (tropisch loofhout)
Door zijn goede beschikbaarheid in grote afmetingen, zijn grote sterkte, splijtvastheid en duurzaamheid, wordt azobé in de gww-sector breed ingezet, bijvoorbeeld voor sluisdeuren, schotbalken, remmingswerken en damwanden (ook gevingerlast aan vuren), bruggen). De houtsoort is al vanaf begin vorige eeuw een veel gebruikte houtsoort in de gww. Azobé wordt altijd gezaagd toegepast.
Door zijn goede beschikbaarheid in grote afmetingen, zijn grote sterkte, splijtvastheid en duurzaamheid, wordt azobé in de gww-sector breed ingezet, bijvoorbeeld voor sluisdeuren, schotbalken, remmingswerken en damwanden (ook gevingerlast aan vuren), bruggen). De houtsoort is al vanaf begin vorige eeuw een veel gebruikte houtsoort in de gww. Azobé wordt altijd gezaagd toegepast.
- Volumieke massa (bij 12% vochtgehalte): 950 - 1100 kg/m³
- Jankahardheid langsvlak: circa 17.000 N
- Duurzaamheid klasse: 1 (is niet volledig paalworm resistent)
- Sterkteklasses: afhankelijk van de kwaliteit en herkomst D70 (kwaliteit C3 STH volgens NEN 5493)
Basralocus (tropisch loofhout)
Basralocus wordt veel gebruikt als meerpaal omdat lange palen (45 x 45 centimeter en meer dan 20 meter lang) beschikbaar zijn en omdat het hout resistent is tegen paalworm. Basralocus is al vanaf het begin van de vorige eeuw veel gebruikt en tot voor kort werden palen alleen in beslagen vorm toegepast. Basralocus varieert in volumieke massa en daarmee in duurzaamheid en sterkte. De zwaardere sortimenten hebben betere eigenschappen. Spint in meerpalen boven de waterlijn beperkt de levensduur aanzienlijk.
Basralocus wordt veel gebruikt als meerpaal omdat lange palen (45 x 45 centimeter en meer dan 20 meter lang) beschikbaar zijn en omdat het hout resistent is tegen paalworm. Basralocus is al vanaf het begin van de vorige eeuw veel gebruikt en tot voor kort werden palen alleen in beslagen vorm toegepast. Basralocus varieert in volumieke massa en daarmee in duurzaamheid en sterkte. De zwaardere sortimenten hebben betere eigenschappen. Spint in meerpalen boven de waterlijn beperkt de levensduur aanzienlijk.
- Volumieke massa (bij 12% vochtgehalte): 650 - 900 kg/m³
- Jankahardheid langsvlak: circa 8.500 N
- Duurzaamheid klasse: 2
- Sterkteklasses: afhankelijk van de kwaliteit en herkomst D24-D50 (kwaliteit C3 STH volgens NEN 5493 of HS ST1 volgens DIN 4047-5-NF B 52-001-1)
[ link ]
Figuur 53. Basralocus balk
[ link ]
Figuur 54. Basralocus meerpaal etagebouw in structuur en nathoutboordergangen
Bangkirai/balau (tropisch loofhout)
Dit hout werd en wordt toegepast als dekdelen, liggers voor bruggen, leuningen, damwanden (ook gevingerlast aan vuren) en sluizen. Het hout is zeer variabel in gewicht en daarmee in kwaliteit. Juist de zwaardere delen hebben de duurzaamheid en de sterkte zoals hier gegeven.
Dit hout werd en wordt toegepast als dekdelen, liggers voor bruggen, leuningen, damwanden (ook gevingerlast aan vuren) en sluizen. Het hout is zeer variabel in gewicht en daarmee in kwaliteit. Juist de zwaardere delen hebben de duurzaamheid en de sterkte zoals hier gegeven.
- Volumieke massa (bij 12% vochtgehalte): 850 - 1150 kg/m³
- Jankahardheid langsvlak: circa 7.500 N
- Duurzaamheid klasse: 2
- Sterkteklasses: afhankelijk van de kwaliteit D50 (kwaliteit C3 STH volgens NEN 5493)
[ link ]
Figuur 55. Bangkirai kops hout
[ link ]
Figuur 56. Bangkirai tuinscherm met wespenvraatsporen
Bilinga (tropisch loofhout)
Deze houtsoort wordt breed ingezet in de gww-sector, met name voor leuningen en dekdelen.
Deze houtsoort wordt breed ingezet in de gww-sector, met name voor leuningen en dekdelen.
- Volumieke massa (bij 12% vochtgehalte): 650 - 900 kg/m³
- Jankahardheid langsvlak: circa 7.000 N
- Duurzaamheid klasse: 1
- Sterkteklasses: afhankelijk van de kwaliteit D24-D50 (kwaliteit C3 STH volgens NEN 5493, HS volgens NEN 6760-BS 5756)
[ link ]
Figuur 57. Bilinga kops hout
Robinia (Europees loofhout)
Hoewel de eigenschappen goed zijn, is de kwaliteit vaak beperkend (beperkte afmeting, rotte kwasten en rot hart). Het wordt in geschilde vorm voor oeverbeschoeiing toegepast als palenrij ofschothout.
Hoewel de eigenschappen goed zijn, is de kwaliteit vaak beperkend (beperkte afmeting, rotte kwasten en rot hart). Het wordt in geschilde vorm voor oeverbeschoeiing toegepast als palenrij ofschothout.
- Volumieke massa (bij 12% vochtgehalte): 550 - 850 kg/m³
- Jankahardheid langsvlak: circa 7.500 N
- Duurzaamheid klasse: 1-2
- Sterkteklasses: afhankelijk van de kwaliteit en herkomst D30 (kwaliteit C3 STH volgens NEN 5493)
Tamme kastanje (Europees loofhout)
De houtsoort wordt beperkt toegepast in de gww-sector als gekloofde afrasteringspalen maar ook in geschilde vorm voor oeverbeschoeiing als palenrij of schothout.
De houtsoort wordt beperkt toegepast in de gww-sector als gekloofde afrasteringspalen maar ook in geschilde vorm voor oeverbeschoeiing als palenrij of schothout.
- Volumieke massa (bij 12% vochtgehalte): 500 - 650 kg/m³
- Jankahardheid langsvlak: circa 4.000 N
- Duurzaamheid klasse: 2-3
- Sterkteklasses: afhankelijk van de kwaliteit en uit Italië D24 (kwaliteit S volgens UNI 11035-1/2)
[ link ]
Figuur 60. Tamme kastanje stammen (smalle spintrand)
Lariks (Europees/Siberisch naaldhout)
Lariks wordt toegepast als oeverbeschoeiing, damwanden en paalhout.
Lariks wordt toegepast als oeverbeschoeiing, damwanden en paalhout.
- Volumieke massa (bij 12% vochtgehalte): 450 - 850 kg/m³
- Janka hardheid langsvlak: circa 2.500 - 4.000 N
- Duurzaamheid klasse: 3-4
- Sterkteklasses: afhankelijk van de kwaliteit en herkomst C14 – C30 (bijvoorbeeld volgens NEN 5499 of NEN 6760-BS 4978 of DIN 4074)