Visuele inspectie en klein onderhoud
De klein onderhoudsinspectie kan meegenomen worden in de periodieke globale visuele inspectie. Vaak is in gemeenten sprake van een vorm van wijkbeheer en klachtenafhandeling waardoor een deel van de kleinschalige werkzaamheden al worden afgedekt. Vaak betreffen dit zaken waarbij de veiligheid van de burger direct in het geding is door losliggende elementen, gaten, scheefliggende tegels et cetera. Een periodieke inspectie heeft tot doel om op structurele wijze de schades vast te leggen en eventueel noodzakelijke onderhoudsacties te bepalen. Bij de inspectie wordt aandacht gegeven aan de volgende zaken:
- vlakheid;
- dwarsonvlakheid (spoorvorming, sleuf in lengterichting door nazakken van een riolering, enzovoort); - oneffenheden (door verzakking, ophoging, aansluiting inspectieput, boomwortelopgroei, aansluiting aan kunstwerken, tussen elementen onderling enzovoort) waardoor de berijdbaarheid en begaanbaarheid negatief wordt beïnvloed en de veiligheid van de gebruiker in gevaar wordt gebracht; - samenhang;
- losliggende stenen; - voegwijdte; - voegvulling (diepte, losse of vaste voegvulling); - kwaliteit van de elementen (breuk, slijtage, verwering enzovoort), waarbij naast veiligheidsaspecten ook de esthetische waarden een rol spelen; - kantopsluiting;
- diversen, zoals gaten, afwatering, berm en zetting;
- stroefheid; vermindering hiervan treedt meestal als eerste op in de rijsporen en wordt zichtbaar door polijsting van de stenen.