9.5 Onderhoudscycli en LTAP

Optimaliseren onderhoudscycli

Basiscycli zijn opgenomen in CROW-publicatie 145 ‘Beheerkosten Openbare Ruimte’. Dit is echter de basis en de beheerder dient deze basisset te actualiseren, optimaliseren en op maat te maken voor de specifieke situatie van de beheerder. Hierdoor worden de resultaten voor de lange termijn betrouwbaarder. Voor de actualisatie zijn de volgende controles en eventuele aanpassingen van belang:

-	de effectiviteit van de maatregelen leidt tot inzicht in de intervallen tussen de momenten dat deze in de cycli zijn opgenomen

-	de aanbestedingen en ervaringen van de groenbeheerder geven inzicht in de correctheid van de gehanteerde eenheidsprijzen

-	als de wijzigingen zijn doorgevoerd moeten de resultanten van de aangepaste cycli, de aangepaste eenheidsprijzen per eenheid per jaar, doorgerekend worden met het areaal om tot geactualiseerde langetermijnbudgetten te komen.

De mate van verzorgingsonderhoud, klein- en groot onderhoud en vervangingsonderhoud wordt bepaald door de gemiddelde leeftijd van de objecten. Voor vervangingsonderhoud kan een stelpost worden opgenomen in de jaarlijkse exploitatie. De grootte komt overeen met de kosten van vervanging voor circa 0,5 tot 1,5% van het areaal (5-15% van het onderhoudsbudget).

-	In onderstaande tabellen is de gemiddelde leeftijd (levensduur) opgenomen voor de vervanging van de diverse groenobjecten-en vegetatietypen. Deze levensduren ontstaan door zowel verzorgingsonderhoud, klein- en groot onderhoud als vervangingsonderhoud.

Gemiddelde leeftijden (levensduren)

De uiteindelijke levensduur van groenobjecten en vegetatietypen is afhankelijk van veel invloedfactoren. Hierdoor ontstaan voor de verschillende gebiedstypen, groenobjecten en vegetatietypen, niveaus van gebruiksdruk en bodemsoorten, andere gemiddelde leeftijden. Op basis hiervan kan een inschatting van de specifieke situatie worden gemaakt.

In onderstaande tabellen is de uitgewerkte verwachte gemiddelde levensduur van de groenobjecten en vegetatietypen per gebruiksintensiteit opgenomen waarbij de beheerder op basis van monitoring middels een factoraanpassing de levensduur van het groen kan toespitsen op de situatie in het beheergebied, eventueel opgesplitst per gebiedstype. Het betreft een handvat. Met een beheersysteem wat goed gevuld is, kunnen analyses worden gemaakt en kan tot een meer nauwkeurige schatting worden gekomen.

Objecttypegroep:	GROENOBJECTEN
Objecttype:	Type	Type gedetailleerd	Extensief gebruik	Normaal gebruik	Intensief gebruik
Groenobject	Bodembedekkers	Bodembedekkende heesters Bodembedekkende rozen	30 25	25 20	15 15
	Bosplantsoen	Bomen en struikvormers Boomvormers Struikvormers	60 60 60	50 50 40	30 30 25
	Gras- en Kruidachtigen	Bloemrijk gras Gazon Grasveld Ruigte Ruw gras Valdempend gras	35 40 40 40 40 20	25 30 30 30 30 15	15 20 20 20 20 10
	Haag	Blokhaag Lijnvormige haag Vormhaag	25 25 25	20 20 20	15 15 15
	Heesters	Botanische rozen Fijne heesters Grove heesters Heesterrozen	25 25 25 25	15 20 20 20	10 15 15 15
	Planten	Vaste planten Wisselperken Bodembedekkende vaste plant	12 12 12	10 10 10	7 7 7
	Struikrozen	Cultuurrozen	25	15	10

Objecttypegroep:	VEGETATIEOBJECTEN
Objecttype:	Type	Type gedetailleerd	Extensief gebruik	Normaal gebruik	Intensief gebruik
Boom	Boom vrijuitgroeiend	In beplanting* In gazon* In bermgras* In verharding*	80 80 80 50	60 60 60 40	45 45 45 30
	Boom niet vrijuitgroeiend	In beplanting* In gazon* In bermgras* In verharding*	60 60 60 60	50 50 50 40	40 40 40 25
	Fruitboom	Hoogstam Laagstam	40 40	30 30	25 25
	Leiboom	Geknipte boom Geschoren boom	60 60	50 50	40 40
	Vormboom	Blokboom Bolboom Dakboom Geschoren boom Piramidevorm	50 50 50 50 50	40 40 40 40 40	30 30 30 30 30
	Gekandelaberde boom	Cel	50	40	30
	Knotboom	Cel	80	60	45
	Stobbe	n.v.t.	n.v.t.	n.v.t.	n.v.t.
Klimplant	Klimplant		25	15	10
Klimplant	Leiplant		25	15	10
Solitaire plant	Solitair gras		25	15	10
Solitaire plant			25	15	10
* = toevoeging; in IMBOR geen uitsplitsing op niveau ‘type gedetailleerd’ beschikbaar.

Interesse?

9.5 Onderhoudscycli en LTAP