Straatmeubilair
Straatmeubilair is er in vele soorten en maten en maakt deel uit van de inrichting van de openbare ruimte. Objecten zoals verkeersborden en bloembakken geven informatie of verlevendigen het straatbeeld. Daarnaast is er straatmeubilair dat bedoeld is om te gebruiken. Voorbeelden daarvan zijn zitgelegenheden en brievenbussen. Bij deze objecten is ook van belang dat iedereen ze gemakkelijk kan bereiken en gebruiken.
‘Onverwachte objecten ’kunnen voor blinden en slechtzienden of mensen die even niet opletten, hinderlijk of gevaarlijk zijn. Met name voor lange mensen is de hoogte van belang. Obstakels, zowel permanente als tijdelijke, dienen buiten de looproute te worden gesitueerd, zodat een vrije doorgang wordt gegarandeerd. Voor tijdelijke obstakels zoals reclameborden, vuilniszakken en containers kunnen het best vaste plaatsen worden aangewezen.
Hierna worden een aantal vormen van straatmeubilair beschreven.
Banken en rustmogelijkheden
Rustmogelijkheden zoals banken dienen toegankelijk en comfortabel te zijn. Een rugleuning zorgt ervoor dat iemand ook echt kan uitrusten; een armleuning zorgt ervoor dat iemand weer goed kan opstaan. Een rolstoel dient naast of tegenover de bank te kunnen worden geplaatst. Ook voor tassen en rollators van uitrustende mensen dient buiten de looproute plaats te zijn. Tussenliggende objecten zoals muurtjes kunnen worden gebruikt als zit- of leunplek en dienst kunnen doen als ‘aanvullende rustpunten’. Banken en andere rustmogelijkheden dienen wat betreft kleur te contrasteren met de omgeving. Ze zijn dan beter zichtbaar en vormen daardoor minder snel een obstakel voor slechtzienden.
Reclame- en informatieborden
Zowel permanent aanwezige reclame- en informatieborden als tijdelijke uitstallingen dienen buiten de looproute te worden gesitueerd. Daarom is er een duidelijk en strikt beleid nodig voor de plaatsing van borden. In de bestrating kan worden aangegeven in welke zones uitstallingen toegestaan zijn. Ondersteuning door gemeentelijk handhavingsbeleid is noodzakelijk. Voor de plaatsing van reclameborden kunnen bepalingen worden opgenomen in de APV of in een nota Reclamebeleid.
Paaltjes, lantaarnpalen, verkeerslichten en verkeersborden
In principe worden paaltjes, lantaarnpalen, verkeerslichten en verkeersborden buiten de looproute gesitueerd. Waar dat onmogelijk is, worden de genoemde obstakels in de looproute goed herkenbaar gemaakt door te zorgen voor voldoende contrast met de omliggende bestrating of door markering. De onderlinge afstand tussen paaltjes dient voldoende te zijn om de doorgang te waarborgen voor mensen in of met rolstoelen, rollators en kinderwagens en mensen met veel bepakking.
Hekken, muurtjes, heggen en andere afscheidingen
Om te voorkomen dat een afscheiding een onneembare barrière vormt (wanneer dit niet de bedoeling is), dient aandacht te worden besteed aan de doorgang van de afscheiding. Een doorgang die een beperkte vrije ruimte heeft, is niet toegankelijk voor grote rolstoelen, scootmobielen of grote kinderwagens. Mocht het nodig zijn om een hek te kunnen openen, dan moet dit gemakkelijk gaan.
Tabel 13. Richtlijnen voor straatmeubilair
Richtlijnen (type gebied: verblijfsgebied) | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
Prullenbakken
De inwerpopening van een prullenbak of container moet altijd goed bereikbaar zijn; een te groot niveauverschil tussen straatoppervlak en container of een te hoge inwerpopening kan de bruikbaarheid voor velen tenietdoen.