Ontwikkelingen binnen het parkeerdomein in opmaat naar de Omgevingswet
Per 1 juli 2018 is artikel 2.5.30 van de Bouwverordening vervallen. Op 29 november 2014 is de
Reparatiewet BZK in werking getreden die een overgangsperiode had tot 1 juli 2018. Op die datum zijn alle stedenbouwkundige bepalingen uit de Bouwverordening, waaronder de regeling omtrent parkeren, vervallen. Vanaf 1 juli 2018 moeten parkeernormen ofwel rechtstreeks in een bestemmingsplan worden opgenomen ofwel als beleidsregel gekoppeld worden aan de regels in een bestemmingsplan. Als een grondslag voor het toetsen van (bouw)plannen aan parkeernormen in een bestemmingsplan ontbreekt, kan formeel niet worden getoetst aan deze normen en kan evenmin worden afgedwongen dat wordt voorzien in het realiseren van voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein.
Met het bestemmingsplan als basis voor het verrichten van de toets aan parkeernormen, is de mogelijkheid gecreëerd om de parkeernormen niet alleen te hanteren als toetsingsmaatstaf bij bouwplannen, maar ook bij het wijzigen van het gebruik.
Reparatiewet BZK in werking getreden die een overgangsperiode had tot 1 juli 2018. Op die datum zijn alle stedenbouwkundige bepalingen uit de Bouwverordening, waaronder de regeling omtrent parkeren, vervallen. Vanaf 1 juli 2018 moeten parkeernormen ofwel rechtstreeks in een bestemmingsplan worden opgenomen ofwel als beleidsregel gekoppeld worden aan de regels in een bestemmingsplan. Als een grondslag voor het toetsen van (bouw)plannen aan parkeernormen in een bestemmingsplan ontbreekt, kan formeel niet worden getoetst aan deze normen en kan evenmin worden afgedwongen dat wordt voorzien in het realiseren van voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein.
Met het bestemmingsplan als basis voor het verrichten van de toets aan parkeernormen, is de mogelijkheid gecreëerd om de parkeernormen niet alleen te hanteren als toetsingsmaatstaf bij bouwplannen, maar ook bij het wijzigen van het gebruik.
Stel: een pand wordt alleen inpandig verbouwd om het gebruik te wijzigen van kantoor naar detailhandel.
Indien hiervoor wel een omgevingsvergunning strijdig gebruik nodig is maar geen bouwvergunning, dan kon onder het oude regime van de Bouwverordening bij deze gebruikswijziging niet worden getoetst aan parkeernormen. Onder het regime van het bestemmingsplan kan ervoor gekozen worden om ook in dit soort ‘strijdig gebruik’-situaties, de parkeernormen van toepassing te verklaren zodat de gebruikswijziging alleen is toegestaan indien wordt aangetoond dat ten behoeve van de functie detailhandel in voldoende parkeerplaatsen wordt voorzien.
Indien hiervoor wel een omgevingsvergunning strijdig gebruik nodig is maar geen bouwvergunning, dan kon onder het oude regime van de Bouwverordening bij deze gebruikswijziging niet worden getoetst aan parkeernormen. Onder het regime van het bestemmingsplan kan ervoor gekozen worden om ook in dit soort ‘strijdig gebruik’-situaties, de parkeernormen van toepassing te verklaren zodat de gebruikswijziging alleen is toegestaan indien wordt aangetoond dat ten behoeve van de functie detailhandel in voldoende parkeerplaatsen wordt voorzien.
Met de mogelijkheid om parkeernormen in de vorm van een beleidsregel te koppelen aan een bestemmingsplan, wordt eigenlijk niets anders mogelijk gemaakt dan dat in een planregel in een bestemmingsplan wordt verwezen naar de Nota Parkeren/Nota parkeernormen. Bijzonder is bovendien dat uit jurisprudentie duidelijk is geworden dat in een bestemmingsplanregel een zogenoemde dynamische verwijzing mag worden opgenomen. Die houdt in dat in de planregel tot uitdrukking kan worden gebracht dat indien en voor zover de beleidsregel, dus de Nota parkeren/ Nota parkeernormen, tijdens de looptijd van het bestemmingplan wijzigt, rekening moet worden gehouden met die wijziging. Dat betekent dat initiatieven waarvoor een omgevingsvergunning wordt gevraagd, dus altijd moeten worden getoetst aan de meest actuele versie van de beleidsregel. Dit vormt een wijziging die goed aansluit op de dynamiek van parkeernormen. De parkeerkencijfers van het CROW worden iedere paar jaar herijkt om te bezien of deze nog voldoende aansluiten bij de feitelijke situatie.
Veelal worden parkeernormen om de zoveel jaar bijgesteld of wordt een nieuwe categorie, bijvoorbeeld een grootschalige supermarkt of megabouwmarkt, toegevoegd met een eigen specifiek parkeerkencijfer. Met deze systematiek is duidelijk dat te allen tijde wordt getoetst aan de meest actuele inzichten rondom parkeercijfers/parkeernormen. Opmerking verdient dat een dynamische verwijzing mag, maar niet hoeft. Er is echter veel voor te zeggen om deze wel mogelijk te maken. Dit geldt temeer nu inmiddels, in aanloop naar de inwerkingtreding van de Omgevingswet in 2021, de verplichting om bestemmingplannen ouder dan tien jaar te actualiseren, is vervallen. Om te voorkomen dat op enig moment aan verouderde normen wordt getoetst dan wel dat voor iedere actualisatie van de parkeernormen een bestemmingsplanwijziging nodig is, valt aan te bevelen om te werken met de systematiek van de dynamische verwijzing in de planregel.
Veelal worden parkeernormen om de zoveel jaar bijgesteld of wordt een nieuwe categorie, bijvoorbeeld een grootschalige supermarkt of megabouwmarkt, toegevoegd met een eigen specifiek parkeerkencijfer. Met deze systematiek is duidelijk dat te allen tijde wordt getoetst aan de meest actuele inzichten rondom parkeercijfers/parkeernormen. Opmerking verdient dat een dynamische verwijzing mag, maar niet hoeft. Er is echter veel voor te zeggen om deze wel mogelijk te maken. Dit geldt temeer nu inmiddels, in aanloop naar de inwerkingtreding van de Omgevingswet in 2021, de verplichting om bestemmingplannen ouder dan tien jaar te actualiseren, is vervallen. Om te voorkomen dat op enig moment aan verouderde normen wordt getoetst dan wel dat voor iedere actualisatie van de parkeernormen een bestemmingsplanwijziging nodig is, valt aan te bevelen om te werken met de systematiek van de dynamische verwijzing in de planregel.
Deze nieuwe wettelijke systematiek vormt een opmaat naar de Omgevingswet. Hiervoor is al uiteengezet dat het omgevingsplan meer dan het huidige bestemmingsplan een flexibel kader zal bieden waarbinnen ontwikkelingen op flexibele wijze kunnen worden ingepast. Het werken met beleidsregels die de nadere uitwerking vormen van een planregels, zal naar verwachting onder de Omgevingswet een vlucht nemen. Daarbij maakt het niet uit of het nu om parkeren, gezondheid, bezonning of klimaatadaptatie gaat. Zoals gezegd hoeven omgevingsplannen onder de Omgevingswet niet periodiek geactualiseerd te worden.
Dat betekent dat het kader waarbinnen ontwikkelingen kunnen plaatsvinden, een meer statisch karakter zal krijgen waarbij de uitwerking zal afhangen van actuele inzichten die tussentijds kunnen worden bijgesteld. Aangezien het aanpassen van een beleidsregel doorgaans een bevoegdheid is van het college van burgemeester en wethouders, vormt het werken met beleidsregels een aantrekkelijke manier om regels rondom de fysieke leefomgeving tussentijds aan te passen. Met het oog op de toekomst, verdient het aanbeveling om reeds nu ervaring op te doen met het werken met beleidsregels en meer specifiek met de figuur van de dynamische verwijzing.
Dat betekent dat het kader waarbinnen ontwikkelingen kunnen plaatsvinden, een meer statisch karakter zal krijgen waarbij de uitwerking zal afhangen van actuele inzichten die tussentijds kunnen worden bijgesteld. Aangezien het aanpassen van een beleidsregel doorgaans een bevoegdheid is van het college van burgemeester en wethouders, vormt het werken met beleidsregels een aantrekkelijke manier om regels rondom de fysieke leefomgeving tussentijds aan te passen. Met het oog op de toekomst, verdient het aanbeveling om reeds nu ervaring op te doen met het werken met beleidsregels en meer specifiek met de figuur van de dynamische verwijzing.
Om tijdig voor 1 juli 2018 aan deze wijziging te voldoen, hebben veel gemeenten ervoor gekozen om een zogenoemde parapluherziening van alle bestemmingsplannen vast te stellen waarin in één keer voor alle geldende bestemmingsplannen een eenduidige planregeling werd opgenomen met een koppeling aan ofwel parkeernormen in de planregel ofwel aan de Nota parkeernormen. Dit neemt niet weg dat een aantal gemeenten nog geen actie heeft ondernomen waardoor in die gemeenten geen grondslag aanwezig is om plannen te toetsen aan parkeernormen. Het is wachten op de (eerste) jurisprudentie die hierover zal verschijnen.