Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Handboek verkeersmanagement 2022
Deze tekst is gepubliceerd op 01-09-22

5.5.2 Gemeenschappelijk voor Data Top 15, RTTI, MMTIS, VM-IVRA

Dezeen navolgende subparagrafen beschrijven enkele belangrijke ontwikkelingen op het gebied van beleidsinitiatieven, projecten en (internationale) regelgeving op het gebied van data en informatie.
Eerst volgt wat ze gemeenschappelijk hebben wat betreft impact voor organisatie, samenwerking en het uiteindelijke doel: de effectiviteit van verkeersmanagement (het doel). Er is een sterk bestuurlijk belang om dit goed op te pakken.
Het doel van alle ontwikkelingen is dat ze gericht zijn op betere informatievoorziening, betere routeadviezen voor de weggebruiker, betere invloed van wegbeheerder op de routekeuze van de weggebruikers, efficiëntere mobiliteit.
De kern is dat beschikbare data in sterke mate gedeeld worden tussen partijen en zo beschikbaar komen voor meerdere doelen en gebruikers, waaronder de weggebruikers/reizigers. Door data te delen kunnen partners efficiënt hun werk/business doen: zij beschikken tegen minder inspanning over meer en betere data dan wanneer zij zelf de informatie moeten genereren.
Een voorbeeld van het laatste is dat serviceproviders aan het wegvallen van intensiteiten moeten concluderen dat een weg afgesloten is, en pas bij werkelijk gebruik weer zien dat de weg (weer) open is. Liever weten ze beide (zowel het moment van sluiten als het moment van openen) van tevoren, zodat ze weggebruikers beter kunnen bedienen. Een ander voorbeeld is het ‘opdraaien’ en ‘afdraaien’ van snelheidsbeperkingen bij werkzaamheden.
De rijkdom en hoeveelheid aan informatie maakt het voor de weggebruikers/reizigers en dus ook voor de serviceproviders nodig en mogelijk om informatie op maat te maken, zodat alleen relevante informatie aan de gebruiker getoond wordt, d.w.z. voor zijn specifieke herkomst en bestemming en mogelijk andere persoonlijke voorkeuren.
Ook kunnen bijvoorbeeld systemen als Intelligent Speed Assistant beter gaan werken door de hogere kwaliteit van de data (gebruikersacceptatie) en doordat dynamische of tijdelijke snelheden ook onderdeel van de dataketen kunnen worden. Een hogere gebruikersacceptatie bij de verplichte ISA per juli 2022 en 2024 in nieuwe voertuigen heeft naar verwachting een positieve invloed op de verkeersveiligheid (zie tevens: [ link ] ).
Een uitdaging voor de vele gemeentelijke wegen
Het op orde krijgen van data-inwinning en de uitwisseling ervan is cruciaal. Eerder zijn al stappen gezet, onder andere met introductie van (systemen als) MELVIN en de zogeheten Data Top 15, maar het gaat verder, met Regionale DataTeams (RDT) en het Nationaal Toegangspunt Mobiliteitsdata. Bekend is dat er voor het omvangrijke gemeentelijke wegennet een ‘uitdaging’ ligt. Het besef is dat daar aansturing, structuur en samenwerking nodig is. Voor de nationale borging daarvan is er het Digitaal Stelsel Mobiliteitsdata (DSM) (zie de Kamerbrief IenW/BSK-2023/104556). Internationale borging en stimulans ligt in de recent herziene Europese ITS-verordening RTTI (zie paragraaf 5.5.5).
De praktijk en organisatie van data-uitwisseling
Digitale uitwisseling van informatie is de laatste jaren sterk in ontwikkeling en staat niet stil. Er zit een technische en een organisatorische kant aan. Technisch gaat het over applicaties, servers, dataprotocollen en -standaarden. Inzet van dataspecialisten is hierbij onontbeerlijk. Een veelgebruikte applicatie is bijvoorbeeld Melvin.
Organisatorisch worden stappen gezet om de informatie landelijk dekkend te ontsluiten en waar mogelijk te bundelen en stroomlijnen. Wegbeheerders hebben daar in hun onderlinge relatie en hun relatie met serviceproviders belang en voordeel bij.
Rijk en regio hebben in 2020 afgesproken om te komen tot een gezamenlijke sectorregistratie wegennet om de weggebruiker via navigatiediensten beter te informeren over verkeersregels zoals maximumsnelheden en milieuzones, die ook onderdeel zijn van de RTTI-verordening. De registratie zal ook bijdragen aan de werking van rijhulpsystemen, zoals intelligente snelheidsondersteuning (ISA) dat vanaf juli 2024 verplicht wordt gesteld voor alle nieuwe voertuigen.
Structurerende en faciliterende initiatieven zijn er vanuit het ministerie van IenW, met NDW (Nationaal Dataportaal Wegverkeersgegevens) als uitvoeringsorganisatie. NDW verzorgt ook het in juli 2022 gestarte NTM, het Nationaal Toegangspunt Mobiliteitsdata. Vanuit het perspectief van lokale overheden/wegbeheerders gaat het om aansluiting bij en deelname in regionale datateams (RDT); per provincie is daarvoor een trekker, voor alle inliggende gemeenten. Gewerkt wordt aan een zogeheten Data Top 15. Zie [ link ] (of NTM: [ link ] ) voor meer informatie en stand van zaken. Overkoepelend wordt gewerkt aan het Digitaal Stelsel Mobiliteitsdata. Internationale uitbreiding, afstemming en stimulans ligt o.a. in de EU-verordening voor RTTI, Realtime Traffic Information, waarover in het Handboek Verkeersmanagement nadere informatie staat. CROW heeft ook een Handreiking RTTI voor wegbeheerders opgesteld.
Voor het DSM zijn eind 2023 afspraken voorbereid over de aansturing, een governancestructuur met gemeenten, provincies, RWS, bestaande datalokketten, het NTM en dienstaanbieders (waaronder navigatiediensten). Omdat gemeenten samen de grootste wegbeheerder zijn, is een apart traject gestart met de VNG om de rol van gemeenten landsbreed verder vorm en inhoud te geven. Daarbij wordt nadrukkelijk gekeken naar en aangesloten op de ervaringen van gemeenten in het stelsel van Geo-basisregistraties. (bron: Kamerbrief IenW/BSK-2023/104556)
Voor de internationale verankering, versterking en stroomlijnen van de NTM’s/NAP’s is NAPCORE (National Access Point Co-ordination Organization for Europe) een project dat moet leiden tot een coördinatiemechanisme om de interoperabiliteit van de NAP's als ruggengraat van de Europese uitwisseling van mobiliteitsdata te verbeteren.
Meer informatie is verkrijgbaar bij NTM.
Organisaties, datasets, applicaties/systemen die van belang zijn voor en gebruikt worden in verkeersmanagement:
  • NBd: Nederlandse Bewegwijzeringsdienst
  • NWB: nationaal wegenbestand
  • IMWV: Informatiemodel Wegen en Verkeer: 1 bron, verschillende gebruikers (VM, modelexperts etc.)
  • MELVIN / LTC / SPIN: het registreren en delen van tijdelijke infraaanpassingen, zoals wegwerkzaamheden
  • DIEGO: digitalisering van regelscenario’s George: bordenbestand
  • Organisatie:
      -NDW
      -NTM
      -RDT
      -CROW
      -LVMB
      -...

Betekenis voor de organisatie
Wegbeheerders staan gesteld om nadrukkelijk aandacht te besteden aan de kwaliteit en uitwisseling van data; zij moeten zich gaan toespitsen op data-gedreven werkprocessen.
Het volstaat bijvoorbeeld niet langer om de wegwerkzaamheden globaal in te plannen: de beperkingen moeten real time en juist/correct beschikbaar komen. Om invloed te kunnen hebben op de routekeuze door weggebruikers, helpt het ook om het beleid digitaal beschikbaar te maken; partijen in de ‘keten’ kunnen daar dan rekening mee houden.
De wijze van omgaan met data wordt gaandeweg steeds meer uitgelijnd; onzekerheid over de benodigde diepgang neemt af: geen noodzaak meer om eigen keuzes te maken. Het betekent wel dat data goed georganiseerd moeten worden: binnen de eigen organisatie bestuurlijk en ambtelijk belegd, met voldoende budgetten. De wijze van aansluiting bij Regionale Datateams (RDT) is een logisch onderdeel van de organisatorische inbedding.
Voor de ambtelijke organisatie betekent dit het (zo nodig opstellen en) hanteren van procedures om te voldoen aan deze afspraak:
  • Doorvertalen naar ingekochte diensten, contracten met civiele aannemers.
  • Het feitelijke delen organiseren en (zorg dragen voor het) uitvoeren.
Voorbeeld: neem de informatieverstrekking op in de contracten met aannemers die wegwerkzaamheden doen: tijdig vooraf aangeven wanneer een weg afgesloten of versmald wordt en ook tijdig vooraf (maar wel betrouwbaar) wanneer die weer open gaat. Idem voor aangepaste maximumsnelheden et cetera. Zij moeten dit altijd ook in het systeem gaan melden.
Informatie is alleen in digitale vorm goed te delen. Sommige informatie moet dus eerst gedigitaliseerd worden. Een inhaalslag kan nodig zijn.
De steeds bredere en omvangrijkere beschikbaarheid van data heeft invloed op de werkprocessen: deze vragen andere of aanvullende competenties en specialisme. Een dataexpert kan helpen bij een juiste ontsluiting van data en in het gevraagde format. Een specialist op het gebied van AVG en cyber security kan toezien op de risico’s van de keten en moet betrokken worden bij wijzigingen. In het werkproces hoort ook het periodiek uitvoeren van een DPIA (Data Protection Impact Assessment) en BIO toets (Baseline Informatiebeveiliging Overheid, opvolger van de BIG).
Elke wegbeherende organisatie heeft uiteraard de keuze om deze expertise zelf aan te trekken, maar het is wellicht efficiënter om dit in regionaal verband (in regionale datateams (RDT)) aan te pakken. Dan kan men gebruikmaken van een gebundelde inzet van specialisten die het hele netwerk en de keten goed kennen. Daarmee wordt het geheel efficiënter en ook doelmatiger. Zie ook onder ‘samenwerking’.
Privacy en security – enkele belangrijke aandachtspunten
  • Moet de data wel verzameld worden?
  • Werk samen in regionale datateams
  • Maak zo veel mogelijk gebruik van landelijke standaarden
  • Maak gebruik van verwerkingsovereenkomsten
  • Risico: door gebruik van meerdere standaarden kan datacombinatie alsnog tot problemen leiden
  • Proactief: zet een AVG-specialist in en doe periodiek een DPIA
  • Reactief: meldingsplicht; wees terughoudend bij verzoeken om data te delen (mag het wel?)
In het hoofdstuk Juridisch Kader staat een uitgebreider stroomschema.

Betekenis voor de samenwerking
In de samenwerking tussen wegbeheerders krijgt data een eigen plek. Dat kost aan het begin de nodige inspanning, maar levert op dat daarna de zaken over en weer helder zijn. De transparante, volledige beschikbaarheid brengt alle samenwerkingspartners op hetzelfde, gedeelde informatieniveau. De regionale tactische teams (RTT’s) krijgen de beschikking over een gezamenlijke ‘feitenbasis’ (eventuele inconsistenties daarin krijgen ze snel inzichtelijk). De verdere samenwerkingsinspanningen kunnen efficiënt gericht worden op de inhoudelijke en daadwerkelijke meerwaarde voor verkeersmanagement.
In de samenwerking tussen wegbeheerders en directe dienstverleners zoals civiele aannemers krijgt het delen van informatie een plek in de contracten.
Het delen van beleidskaders en het realtime delen van actuele scenario’s is het best minimaal regionaal te organiseren; consistente informatie over een sluitend netwerk, zodat serviceproviders er ook echt mee kunnen werken.
Samenwerking is ook de sleutel om de data efficiënt te organiseren, door bundeling van inzet en expertise via de regionale datateams (RDT). Een goede governance is hierbij onontbeerlijk. Diezelfde regionale samenwerking leidt tevens tot het over de eigen beheergrenzen heen kijken (sluitend netwerk, gezamenlijk beleid op de hoofdstructuur) en het bundelen van krachten.
Bestuurlijke relevantie
De ontwikkelingen op het gebied van data en informatie hebben een sterk bestuurlijk belang. Goede aandacht voor data en het delen ervan leidt tot een stroomversnelling voor geavanceerde diensten, dus een efficiënter en doeltreffender verkeersmanagement. Het delen van data maakt dat alle partijen tegen minder inspanning meer en betere data tot hun beschikking krijgen voor het beter en efficiënter uitoefenen van hun taken en business.
De voordelen zijn o.a.:
  • Serviceproviders verbeteren hun navigatie en adviezen op basis van realtime verkeersinformatie.
  • Samenwerking tussen regionale partners wordt beter ondersteund: beschikking over volledige, éénduidige, geüniformeerde en gestandaardiseerde, gedetailleerde en betrouwbare data.
Met het delen van de verkeers- en netwerkinformatie kan een wegbeheerder efficiënt via serviceproviders invloed hebben op de netwerksturing (routekeuze door weggebruikers) en het halen van maatschappelijke doelen. Het is voor de wegbeheerder een gemakkelijkere, goedkopere en zelfs betere manier om weggebruikers te bereiken dan met DRIP’s, die immers maar op enkele plekken staan en geen gepersonaliseerde informatie (kunnen) leveren.
De landelijke en internationale borging betekent dat het inzetten op de kwaliteit van data-uitwisseling extra effectief is voor elke overheidspartij. Alle andere wegbeheerders kunnen/zullen daardoor namelijk op eenzelfde manier meedoen, wat het ook voor serviceproviders (die immers ook internationaal georiënteerd zijn) aantrekkelijk maakt om hun aandeel daadwerkelijk in te vullen. Deze brede borging verstevigt ook de basis voor regionale samenwerking.
Belangrijk is dat databescherming/-beveiliging (privacy en security) op orde moeten zijn vanwege het AVG-aansprakelijkheidsrisico. Privacy moet geborgd zijn, datalekken mogen niet voorkomen. Zie ook het hoofdstuk Juridisch Kader.
De navolgende subparagrafen gaan nader in op:
  • de Data Top 15 in de landelijke Digitaliseringsopgave Overheden, de Regionale DataTeams, de landelijke dataloketten;
  • het project VM-IVRA;
  • de EU-verordeningen RTTI en MMTIS.