Rafeling
Definitie
Rafeling is het verdwijnen van stenen (met een doorsnede > 2 mm) uit het oppervlak.
Er wordt onderscheid gemaakt in rafeling van:
- dichte deklagen en oppervlakbehandelingen;
- zoab en andere open deklagen.
Ernst
Voor het vaststellen van de ernst van de rafeling wordt een representatief deel van het wegvakonderdeel met een oppervlakte van 1 m2 beschouwd. Het percentage van het oppervlak van deze representatieve m2 met rafeling is bepalend voor de ernst van de rafeling op het wegvak- onderdeel (zie tabel 7 en tabel 8).
Tabel 7. Ernst van rafeling bij dichte deklagenen oppervlakbehandelingen
Ernstklasse | Omschrijving |
Licht (L) | 5 t/m 20% van de representatieve m 2 vertoontrafeling |
Matig (M) | > 20 t/m 50% van de representatievem 2 vertoontrafeling |
Ernstig (E) | > 50% van de representatieve m 2 vertoontrafeling |
Tabel 8. Ernst van rafeling bij zoab en andereopen deklagen
Ernstklasse | Omschrijving |
Licht (L) | 5 t/m 10% van de representatieve m 2 vertoontrafeling |
Matig (M) | > 10 t/m 20% van de representatievem 2 vertoontrafeling |
Ernstig (E) | > 20% van de representatieve m 2 vertoontrafeling |
Omvang
De omvang van rafeling wordt vastgesteld als oppervlakte (m2) en genoteerd als percentage van de oppervlakte van het wegvakonderdeel. Rafeling die voorkomt in de verhardingsrand wordt niet genoteerd.
Toelichting
Schade behorende tot de hoogste ernstklasse is de maatgevende schade. De maatgevende schade met bijbehorende omvang wordt op het schadeformulier genoteerd.
Vaststellen ernst en omvang
Om de ernst van rafeling vast te stellen wordt een representatief deel van het wegvakonderdeel met een oppervlakte van 1 m2 van de verharding beschouwd. Op deze m2 worden vervolgens de genoemde criteria van tabel 7 of tabel 8 toegepast.
De omvang van rafeling wordt vastgesteld door het aantal maal dat de representatieve m2 per ernstklasse in het weg- vakonderdeel voorkomt op te tellen en te delen door de oppervlakte van het wegvakonderdeel en vervolgens te vermenigvuldigen met 100 om tot het percentage te komen.
Rafeling van dichte deklagen
Onder dichte deklagen worden onder andere verstaan:
Onder dichte deklagen worden onder andere verstaan:
- dichtasfaltbeton (AC surf);
- emulsieasfaltbeton;
- steenmastiekasfalt (SMA-NL);
- dunne deklagen.
Rafeling van dichte deklagen komt voor ter plaatse van wringend verkeer, zoals op kruisingsvlakken. Ook bij de aanzet van asfaltstroken, op plekken die vaak nat blijven (bijvoorbeeld onder bomen) en in het rijspoor komt vaak rafeling voor.
Door onvoldoende hechting van het aggregaat aan het bindmiddel of door verwering van het bindmiddel, worden in eerste instantie de fijne aggregaatdeeltjes uitgereden. Daarna verdwijnen de grovere aggregaatdelen (stenen >2 mm) en krijgt het oppervlak een ruw aanzien. Vanaf het moment van verdwijnen van stenen > 2 mm is er sprake van rafeling.
Dichtasfaltbeton wordt in veel gevallen bij aanleg met steenslag afgestrooid om voldoende aanvangsstroefheid te bereiken. Het verdwijnen van deze afstrooilaag wordt niet als rafeling beschouwd.
Er kan alleen sprake zijn van rafeling als het asfaltbeton- mengsel een steenfractie > 2 mm bevat.
[ link ]
Figuur 11. Het bepalen van de omvang van de schade, dat wil zeggen het aantal m2achter en naast elkaar, eventueel verspreid over hetoppervlak van het wegvakonderdeel
Rafeling van oppervlakbehandelingen
Bij oppervlakbehandelingen wordt onder rafeling het verdwijnen van stenen > 2 mm van het afstrooimateriaal bedoeld. Rafeling van oppervlakbehandelingen komt voor ter plaatse van wringend verkeer, zoals op kruisingsvlakken en inritten. Ook bij de aanzet van oppervlak- behandelingen, ter plaatse van scheurvorming en op plaatsen die lang nat blijven (bijvoorbeeld onder bomen), komt vaak rafeling voor, zowel in als tussen de rijsporen.
Bij oppervlakbehandelingen raakt het steenslag los van het bindmiddel (rui). Hoewel het wegdek een vettig aanzien krijgt door het blootliggende bitumineuze bindmiddel, is hier toch sprake van rafeling.
Rafeling van zoab en andere open deklagen
Door het grotendeels ontbreken van de bitumineuze mortel van het zoab-mengsel zal rafeling van zoab, wanneer het eenmaal begonnen is, in ernst en omvang sneller verlopen dan bij dichte deklagen. Om deze reden zijn de grenzen voor de verschillende ernstklassen bij zoab strenger dan bij dichte deklagen.
[ link ]
Figuur 12. Voorbeeld van rafeling
Rafeling van zoab komt voor in de rijsporen, waar steenverlies ten gevolge van het wegverkeer optreedt. Ook ter plaatse van aanzetten en na het uitvoeren van reparaties op naast gelegen stroken komt vaak rafeling voor.