Woord vooraf
In 1987 is door het toenmalige Studiecentrum Wegenbouw een systematiek voor wegbeheer uitgebracht, die momenteel in gebruik is bij de twaalf provincies, meer dan vierhonderd gemeenten en ongeveer tien wegbeherende waterschappen. Nadat de systematiek een aantal jaren was gebruikt in de praktijk, werd in 1993 begonnen met de herziening. Het doel daarvan was de systematiek zo aan te passen dat deze zou aansluiten op de veranderde technische en bestuurlijke randvoorwaarden waaronder wegbeheer in de praktijk wordt uitgevoerd. Als eerste onderdelen van die aanpassing zijn de methodiek voor het visueel inspecteren van verhardingen en de daaraan gekoppelde onderhoudsrichtlijnen door werkgroepen ter hand genomen. Dit leidde in 2001 tot drie nieuwe publicaties voor de visuele inspectie.
De kracht van de inspectiemethodiek ligt met name in de eenvoud. De aandacht van de inspecteur richt zich volledig op het verwerven van de informatie die nodig is voor het maken van onderhoudsplanningen en kwaliteitsoverzichten. Overige informatie die in de voorafgaande methodieken ook werd meegenomen, maakt niet langer deel uit van deze routinematige visuele inspectie. Een tweede, niet minder belangrijke stap voorwaarts, is de introductie van cementbetonverhardingen in de methodiek. De methodiek dekt daarmee alle in Nederland voorkomende verhardingstypen, waarmee wegbeheerders de mogelijkheid hebben het gehele wegennet met de systematiek te benaderen.
Bij het uitbrengen van de nieuwe systematiek in 2001 heeft CROW tevens de Gebruikersgroep Wegbeheer geïnstalleerd. De Gebruikersgroep heeft als doel de systematiek van visuele inspectie en wegbeheer continu te monitoren en te evalueren.
Actualisatie 2005
De resultaten van deze continue evaluatie zijn de in 2005 geactualiseerde publicaties 146a, 146b en 147. Voor de visuele inspectie heeft dit geleid tot vaststelling en aanscherping van de inspectiemethodiek zoals deze in 2001 was uitgebracht. De drie delen van de publicatie 146 zijn teruggebracht tot twee delen, te weten het ‘Handboek visuele inspectie’ en de ‘Handleiding globale visuele inspectie’.
Actualisatie 2011
In deze geactualiseerde publicaties 146a, 146b en 147 zijn fouten gecorrigeerd en wordt bij een aantal zaken een nadere toelichting gegeven. In de systematiek zelf zijn geen belangrijke zaken veranderd. De belangrijkste wijziging betreft de toevoeging van voegwijdte als facultatieve schade bij elementenverhardingen.
De actualisatie van de wegbeheersystematiek is mogelijk gemaakt dankzij de financiering vanuit het Fonds Collectief Onderzoek GWW. Zonder de persoonlijke inzet van de Gebruikersgroepleden zou het voorliggende resultaat niet tot stand zijn gekomen. Een woord van dank aan eenieder die hieraan heeft bijgedragen is dan ook op zijn plaats.
CROW
dr. ir. I.W. Koster, directeur
Bij het verschijnen van deze geactualiseerde publicatie was de Gebruikersgroep Wegbeheer als volgt samengesteld:
- ing. B.A.J.M. de Cock, advies- en ingenieursbureau Oranjewoud
- ir. K.M. Diederiks-Verhoeven, KOAC•NPC
- ing. P.W. Eerland, provincie Drenthe
- ing. H. Haak, DHV
- ir. J.P.A. van den Hengel, Arcadis
- ir. L. van Hoogevest, Grontmij
- M. Inpijn, Ballast Nedam
- J.W. Jans, BeheerVisie
- P. Kuiper, gemeente Groningen
- ir. E.J. Leeuwerink, Groenestein Beheersoftware
- F.M.N. Moenné, gemeente Nieuwegein
- M. Noorlander, gemeente Apeldoorn
- ing. M.C. Pouwels, CROW
- H. te Sligte, gemeente Wassenaar
- J. Smits, gemeente Ede
- ing. J. Verwey, CROW
De publicatie is, onder begeleiding van de Gebruikersgroep Wegbeheer, aangepast door ir. L. van Hoogevest en ir. P.G.W. Derks van Grontmij.