Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Wegbeheer 2019
Deze tekst is gepubliceerd op 28-08-18

4.1. Toetsen aan de richtlijn

De actuele kwaliteit van een wegvakonderdeel wordt getoetst aan de richtlijn. Als de richtlijn is overschreden, plant de methode het wegvakonderdeel voor de korte termijn (1 - 2 jaar). De richtlijnen voor de afzonderlijke schades en die voor de combinaties van schades zijn weergegeven in tabellen A8 tot en met A11. De CROW-richtlijnen zijn de onderkant van verantwoord wegbeheer. Het is niet toegestaan de richtlijn minder streng te maken. Wel is het toegestaan om strengere richtlijnen en waarschuwingsgrenzen te hanteren. Het overzicht van de strengere richtlijnen en waarschuwingsgrenzen is opgenomen in bijlage II.
Tabel A8. Richtlijnen voor schade aan asfaltverhardingen (hoeveelheden gebaseerd op een wegvaklengte van 100 m)
ASFALT
SchadeRichtlijnToegestane schadeKlasse boven richtlijnWegtype
Rafeling30% matige- alle lichte
- tot 30% matige
M21,2
50% matige- alle lichte
- tot 50% matige
M33 t/m 7
Dwarsonvlakheid15 m matige- alle lichte
- tot 15 m matige
M21, 2, 3, 6, 7
5 m ernstige- alle lichte
- alle matige
- tot 5 m ernstige
E14,5
Oneffenheden15 stuks matige- alle lichte
- tot 15 stuks, matige
M31 t/m 6
15 stuks matige- tot 15 stuks lichte + matigeM37
1)
Scheurvorming50 m matige- alle lichte
- tot 50 m matige
M31, 2, 6
25 m ernstige- alle lichte
- alle matige
- tot 25 m ernstige
E23, 4, 5, 7
Randschade50 matige- alle lichte
- tot 50 m matige
M31, 2, 6
25 m ernstige- alle lichte
- alle matige
- tot 25 ernstige
E23, 4, 5, 7
Spoorvorming18 mm- meetwaarde tot 18n.v.t.1, 2, 6
25 mm- meetwaarde tot 25n.v.t.3, 4, 5, 7
Fietscomfort (Cv-waarde)2,5- meetwaarde tot 2,5n.v.t.7
Langsonvlakheid
(IRI-waarde)
3,5- meetwaarde tot 3,5n.v.t.1, 2
5,1- meetwaarde tot 5,1n.v.t.3, 4, 5, 6
ZettingE- alle lichte
- alle matige
E1 t/m 7
1) bij fietspaden (wegtype 7) worden lichte oneffenheden als matige genoteerd
Tabel A9. Richtlijnen voor schade aan elementenverhardingen (hoeveelheden gebaseerd op een wegvaklengte van 100 m)
ELEMENTEN
SchadeRichtlijnToegestane schadeKlasse boven richtlijnWegtype
Dwarsonvlakheid35 m matige- alle lichte
- tot 35 m matige
M36, 7
5 m ernstige- alle lichte
- alle matige
- tot 5 m ernstige
E13, 4, 5
Oneffenheden15 stuks matige- alle lichte
- tot 15 stuks matige
M33, 4, 5, 6
15 stuks matige- tot 15 stuks lichte + matigeM37
1)
Voegwijdte15% matige- alle lichte
- tot 15% matige
M26, 7
30% matige- alle lichte
- tot 30% matige
M33, 4, 5
Spoorvorming30 mm- meetwaarde tot 30n.v.t.6
35 mm- meetwaarde tot 35n.v.t.3, 4, 5, 7
Fietscomfort (Cv-waarde)2,5- meetwaarde tot 2,5n.v.t.7
Langsonvlakheid
(IRI-waarde)
5,1- meetwaarde tot 5,1n.v.t.3, 4, 5, 6
ZettingE- alle lichte
- alle matige
E3 t/m 7
1) bij fietspaden (wegtype 7) worden lichte oneffenheden als matige genoteerd
Tabel A10. Richtlijnen voor schade aan cementbetonverhardingen (hoeveelheden gebaseerd op een wegvaklengte van 100 m)
CEMENTBETON
SchadeRichtlijnToegestane schadeKlasse boven richtlijnWegtype
Oneffenheden10 stuks matige- alle lichte
- tot 10 stuks matige
M31 t/m 6
10 stuks matige- tot 10 stuks lichte + matigeM37
1)
Scheurvorming8 stuks platen per 100 m matige- alle lichte
- tot 8 stuks platen per 100 m matige
M31 t/m 7
Voegvulling50 m ernstige- alle lichte
- tot 50 m matige
M31 t/m 7
Fietscomfort (Cv-waarde)2,5- meetwaarde tot 2,5n.v.t.7
Langsonvlakheid
(IRI-waarde)
3,5- meetwaarde tot 3,5n.v.t.1, 2
5,1- meetwaarde tot 5,1n.v.t.3, 4, 5, 6
ZettingE- alle lichte
- alle matige
E1 t/m 7
1) bij fietspaden (wegtype 7) worden lichte oneffenheden als matige genoteerd
Tabel A11. Richtlijnen voor combinaties van schades (hoeveelheden gebaseerd op een wegvaklengte van 100 m)
Combinatie van schade en soort verhardingRichtlijnToegestane schadeKlasse boven richtlijnWegtype
Dwarsonvlakheid + oneffenheden asfalt 5 m matige dwarsonvlakheid én 8 stuks matige oneffenheden alle lichte en tot 5 m matige dwarsonvlakheid én alle lichte en tot 8 stuks matige oneffenheden M1 + M2 1, 2, 3, 6, 7
35 m matige dwarsonvlakheid én 8 stuks matige oneffenheden alle lichte en tot 35 m matige dwarsonvlakheid én alle lichte en tot 8 stuks matige oneffenheden M3 + M2 4, 5
Dwarsonvlakheid + scheurvorming asfalt 5 m matige dwarsonvlakheid én 25 m matige scheurvorming alle lichte en tot 5 m matige dwarsonvlakheid én alle lichte en matige en tot 25 m ernstige scheurvorming M1 + M2 1, 2, 6
5 m matige dwarsonvlakheid én 5 m ernstige scheurvormingalle lichte en tot 5 m matige dwarsonvlakheid én alle lichte en matige en tot 5 m ernstige scheurvorming M1 + E1 3, 7
35 m matige dwarsonvlakheid én 5 m ernstige scheurvorming alle lichte en tot 35 m matige dwarsonvlakheid én alle lichte en matige en tot 5 m ernstige scheurvorming M3 + E1 4, 5
Dwarsonvlakheid + oneffenheden elementen 15 m matige dwarsonvlakheid én 8 stuks matige oneffenheden alle lichte en tot 15 m matige dwarsonvlakheid én alle lichte en tot 8 stuks matige oneffenheden M2 + M2 6, 7
35 m matige dwarsonvlakheid én 8 stuks matige oneffenheden alle lichte en tot 35 m matige dwarsonvlakheid én alle lichte en tot 8 stuks matige oneffenheden M3 + M2 3, 4, 5
De richtlijn is opgesteld met als uitgangspunt dat klein onderhoud structureel wordt uitgevoerd. De richtlijn heeft een standaard CROW-invulling. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat onderhoud op het technisch optimale moment wordt uitgevoerd. Te laat uitvoeren kan betekenen dat verkeersonveilige situaties ontstaan, die de kans op aansprakelijkheidsstelling verhogen. Bij asfaltverhardingen resulteert te laat uitgevoerd groot onderhoud bovendien in kapitaalvernietiging. De gebruiker mag alleen een strengere richtlijn toepassen.
Wordt de richtlijn niet overschreden, dan bepaalt de methode met de gedragsmodellen en waarschuwingsgrenzen de planperiode van onderhoud.
Van een aantal schades zijn geen gedragsmodellen beschikbaar. Voor deze schades zijn waarschuwingsgrenzen opgesteld. Ze worden weergegeven in de tabellen A12 tot en met A14.
Tabel A12. Waarschuwingsgrenzen voor schade aan asfaltverhardingen (hoeveelheden gebaseerd op een wegvaklengte van 100 m)
ASFALT
SchadeWaarschuwingsgrensToegestane schadeKlasse boven waarschuwingsgrensWegtype
Oneffenheden8 stuks matige- alle lichte
- tot 8 stuks matige
M21 t/m 6
8 stuks matige- tot 8 stuks lichte en matigeM27
1)
Randschade25 m matige- alle lichte
- tot 25 m matige
M21, 2, 6
5 m ernstige- alle lichte
- alle matige
- tot 5 m ernstige
E13, 4, 5, 7
Fietscomfort (Cv-waarde)2,1- meetwaarde tot 2,1n.v.t.7
ZettingM- alle lichteM1 t/m 7
1) bij fietspaden (wegtype 7) worden lichte oneffenheden als matige genoteerd, overige lichte oneffenheden worden niet genoteerd
Tabel A13. Waarschuwingsgrenzen voor schade aan elementenverhardingen (hoeveelheden gebaseerd op een wegvaklengte van 100 m)
ELEMENTEN
SchadeWaarschuwingsgrensToegestane schadeKlasse boven waarschuwingsgrensWegtype
Dwarsonvlakheid 15 m matige- alle lichte
- tot 35 m matige
M26, 7
35 m matige- alle lichte
- tot 35 m matige
M33, 4, 5
Oneffenheden 8 stuks matige- alle lichte
- tot 8 stuks matige
M23, 4, 5, 6
8 stuks matige- tot 8 stuks lichte + matigeM27
1)
Voegwijdte 5% matige- alle lichte
- tot 5% matige
M16, 7
15% matige- alle lichte
- tot 15% matige
M23, 4, 5
Fietscomfort (Cv-waarde)2,1- meetwaarde tot 2,1n.v.t.7
ZettingM- alle lichteM3 t/m 7
1) bij fietspaden (wegtype 7) worden lichte oneffenheden als matige genoteerd
Tabel A14. Waarschuwingsgrenzen voor schade aan cementbetonverhardingen (hoeveelheden gebaseerd op een wegvaklengte van 100 m)
CEMENTBETON
SchadeWaarschuwingsgrensToegestane schadeKlasse boven waarschuwingsgrensWegtype
Oneffenheden5 stuks matige- alle lichte
- tot 5 stuks matige
M21 t/m 6
5 stuks matige- tot 5 stuks lichte + matigeM27
1)
Scheurvorming3 stuks platen per 100 m matige- alle lichte
- tot 3 stuks platen per 100 m matige
M21 t/m 7
Voegvulling30 m matige- alle lichte
- tot 30 m matige
M21 t/m 7
Fietscomfort (Cv-waarde)2,1- meetwaarde tot 2,1n.v.t.7
ZettingM- alle lichteM1 t/m 7
1) bij fietspaden (wegtype 7) worden lichte oneffenheden als matige genoteerd
Metingen
Voor spoorvorming, comfortwaarde en langsonvlakheid zijn richtlijnen opgesteld. Deze richtlijnen moeten worden getoetst aan de gemiddelde waarde die is gemeten over het gehele wegvakonderdeel.