4.3. Bepalen maatregelgroep
Nu het planjaar van onderhoud bekend is, bestaat de volgende stap uit het vaststellen van de maatregel om de schade te herstellen. Hiervoor zijn relaties gelegd tussen alle combinaties van schades en maatregelgroepen. Een maatregelgroep is een verzameling van gelijksoortige maatregelen en geeft een indicatie over het soort onderhoud. In tabel A17 zijn de maatregelgroepen weergegeven.
Tabel A17. Maatregelgroepen
Asfalt | Elementen | Cementbeton |
Conserveren | Gedeeltelijk groot onderhoud (30%) | Conserveren |
Gedeeltelijk groot onderhoud | Gedeeltelijk groot onderhoud (50%) | Verbeteren vlakheid |
Gedeeltelijk groot onderhoud en conserveren | Verbeteren vlakheid | Rehabiliteren |
Verbeteren vlakheid | Rehabiliteren | Ophogen |
Versterken | Ophogen | |
Rehabiliteren | ||
Ophogen |
De keuze van de benodigde maatregelgroep verloopt via vaste relaties tussen de schadebeoordeling en het benodigde onderhoud, uitgedrukt in de maatregelgroep. Deze relaties zijn opgesteld op basis van ervaring, logica en technisch inzicht. Zo kiest de methode voor een asfaltverharding met alleen maar rafeling de maatregelgroep conserveren. Is er naast de rafeling ook dwarsonvlakheid aanwezig, dan kiest de methode de maatregelgroep verbeteren vlakheid. De maatregelen uit deze groep heffen zowel de dwarsonvlakheid als de rafeling op.
De relaties tussen schades en maatregelgroep zijn uniek. Niet alleen de planjaarbepalende schade, maar ook de overige schades zijn hiervoor van belang. Voor het kiezen van de maatregelgroep voor de termijn 1 - 2 jaar is de actuele schade het uitgangspunt. Als het onderhoud in de termijn 3 - 5 jaar gepland staat, dan wordt uitgegaan van de schade die op dat moment aanwezig is. Met welke schade de maatregelgroep moet worden bepaald, is in detail beschreven in hoofdstuk B4.
Bij de gekozen eenvoudige benadering van vaste relaties tussen de schadebeoordeling en de benodigde maatregelgroep dient de maatregelkeuze op netwerkniveau in acht te worden genomen. Het doel is niet om vanuit de globale inspectiegegevens exact vast te stellen wat het benodigde onderhoud is. Deze keuze vindt later in het proces plaats, tijdens de maatregeltoets. De keuze van het soort onderhoud in de methode is in eerste instantie bedoeld om een juiste inschatting te krijgen van het voor dat onderhoud benodigde budget. Verder geeft het door de methode voorgestelde onderhoud de beheerder een uitgangspunt voor de definitieve vaststelling van de maatregel tijdens de maatregeltoets.
Voor alle mogelijke combinaties van schades zijn maatregelgroepen gedefinieerd. De betreffende relaties tussen schade en maatregelgroep zijn opgenomen in bijlage I.
De methode maakt ook gebruik van relaties tussen de maatregelgroepen onderling. Voor elke maatregelgroep is vastgesteld wat de eerstvolgende zwaardere maatregelgroep is. Deze zijn nodig om bij budgetplanningen andere maatregelgroepen te kunnen kiezen (zie hoofdstuk A5). Zodra het onderhoud van een wegvakonderdeel wordt uitgesteld tot buiten de planperiode, kiest de methode een zwaardere maatregelgroep. De relaties tussen de maatregelgroepen zijn weergegeven in tabel A18.
Tabel A18. Relaties tussen maatregelgroepen
Maatregelgroep | Zwaardere maatregelgroep |
Asfalt | |
Conserveren | Gedeeltelijk groot onderhoud en conserveren |
Gedeeltelijk groot onderhoud | Gedeeltelijk groot onderhoud en conserveren |
Gedeeltelijk groot onderhoud en conserveren | Versterken |
Verbeteren vlakheid | Versterken |
Versterken | Rehabiliteren |
Rehabiliteren | Geen |
Ophogen | Geen |
Elementen | |
Gedeeltelijk groot onderhoud (30%) | Gedeeltelijk groot onderhoud (50%) |
Gedeeltelijk groot onderhoud (50%) | Verbeteren vlakheid |
Verbeteren vlakheid | Rehabiliteren |
Rehabiliteren | Geen |
Ophogen | Geen |
Cementbeton | |
Conserveren | Rehabiliteren |
Verbeteren vlakheid | Rehabiliteren |
Rehabiliteren | Geen |
Ophogen | Geen |
Een maatregelgroep kan een positief effect hebben op alle schades, maar soms heeft de maatregelengroep slechts effect op een deel van de schades. In de tabellen A19 tot en met A21 is voor de drie soorten wegverhardingen het effect van de maatregelgroepen aangegeven op de diverse schades. Nadat het onderhoud is uitgevoerd, zal de schade waarop de maatregelgroep effect heeft, zijn verdwenen.
De tabellen A19 tot en met A21 zijn de CROW-standaard. Aan de hand van de relaties tussen schade en maatregelgroep is de maatregelgroep bepaald. Vervolgens stelt de methode vast welke maatregel uit de maatregelgroep de meest efficiënte is. Hierbij spelen het wegtype en de kosten een rol.
Tabel A19. Effect van maatregelgroepen op de diverse schades aan asfaltverhardingen
ASFALT | |||||||
Schade/meting | Maatregelgroep | ||||||
Conserveren | Ged. groot onderhoud | Ged. groot onderhoud + conserveren | Verbeteren vlakheid | Versterken | Rehabiliteren | Ophogen | |
Rafeling | + | + | + | + | + | + | |
Dwarsonvlakheid | + | + | + | + | + | + | |
Oneffenheden | + | + | + | + | + | + | |
Scheurvorming | + | + | + | + | + | + | |
Randschade | + | + | + | + | + | ||
Spoorvorming | + | + | + | + | + | + | |
Fietscomfort | + | + | |||||
Langsonvlakheid | + | + | + | + | |||
Zetting | + |
Tabel A20. Effect van maatregelgroepen op de diverse schades aan elementenverhardingen
ELEMENTEN | |||||
Schade/meting | Maatregelgroep | ||||
Ged. groot onderhoud (30%) | Ged. groot onderhoud (50%) | Verbeteren vlakheid | Rehabiliteren | Ophogen | |
Dwarsonvlakheid | + | + | + | + | + |
Oneffenheden | + | + | + | + | + |
Voegwijdte | + | + | + | + | + |
Spoorvorming | + | + | + | ||
Fietscomfort | + | + | + | ||
Langsonvlakheid | + | + | + | ||
Zetting | + |
Tabel A21. Effect van maatregelgroepen op de diverse schades aan cementbetonverhardingen
CEMENTBETON | ||||
Schade/meting | Maatregelgroep | |||
Conserveren | Verbeteren vlakheid | Rehabiliteren | Ophogen | |
Oneffenheden | + | + | + | |
Scheurvorming | + | + | + | + |
Voegvulling | + | + | + | + |
Fietscomfort | + | + | + | |
Langsonvlakheid | + | + | + | |
Zetting | + |