Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

ASVV 2021
Deze tekst is gepubliceerd op 28-10-12

Materiaal

De aan het materiaal te stellen kwaliteitseisen hebben betrekking op stroefheid, zichtbaarheid, kleurvastheid en levensduur. Continuïteit in de kwaliteit van de strepen is eveneens belangrijk. Er moeten hoge eisen worden gesteld aan de markering van kruispunten, opstelvakken, invoeg- en uitrijstroken en dergelijke omdat de markeringen hier sneller slijten dan elders. In tabel 16.2/3 staat de geschiktheid van verschillende markeringsmaterialen.
Tabel 16.2/3. Globale beoordeling geschiktheid van markeringsmaterialen
Materiaalsoort
(Reflecterende) wegenverf
Thermoplastisch materiaal
Verspuitbaar thermoplastisch materiaal
Meercomponenten-
materiaal (koud-plastisch)
Voorgevormde markerings- materialen (thermoplasten of tapes)Type-II-markeringen (thermo-, koudplast en tapes)
Laagdikte (mm) < 0,5 ≤ 3 circa 1,5 ≤ 3 2-3 0-5
Dagzichtbaarheid
  • droog wegdek
goed
goed
goed
goed
goed
goed
  • nat wegdek
matig
redelijk/goed
matig/redelijk
matig
matig
matig
Nachtzichtbaarheid
  • droog wegdek
goed
goed
goed
goed
goed
goed
  • nat wegdek
matig
matig
matig
matig
matig/goed
redelijk/goed
Stroefheid
  • droog wegdek
goed
goed
goed
matig
redelijk/goedmatig/goed
  • nat wegdek
redelijk
redelijk
redelijk
matig
matig/redelijk
matig/goed
Kleurvastheid
witheid loopt sterk tot langzaam terug
witheid loopt langzaam terug
witheid loopt langzaam terug
witheid loopt eerst sterk op en daarna vrij snel terug
witheid loopt langzaam terug
witheid loopt langzaam terug
Levensduur
1 tot 2 jaar
7 tot 10 jaar
3 tot 5 jaar
5 tot 10 jaar
6 maanden tot 10 jaar
3 tot 7 jaar
Geschiktheid voor type markering
  • lengte
+
+
+
+/-
+
+
  • dwars
+
+
-
+
+
-
  • symbool
+
+
-
+
+/-
-
  • tekst
+
+
-
+
+/-
-
  • vlak
+
+
+/-
+/-
+/-
-
+ = goed of redelijk geschikt
- = slecht geschikt of ongeschikt
Toelichting bij tabel
Dit is een zeer globale beoordeling van de materialen.
In Nederland bestaat een privaatrechtelijk systeem van product- en procescertificatie van markeringsmaterialen en applicatieprocessen (KOMO-keurmerk of daaraan gelijkwaardig). Voordat een product een KOMO-keurmerk krijgt, vindt een uitgebreide toetsing van het product plaats in het laboratorium en op de weg, conform de Nationale Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO-productcertificaat voor wegmarkeringsmaterialen (BRL9141) [16.8]. Deze BRL is opgesteld in overeenstemming met de vigerende Europese normen voor wegmarkeringsmaterialen.
Materiaalsoort: in de tabel zijn de meest gangbare materialen vermeld. Op het gebied van markeringsmaterialen zijn diverse ontwikkelingen gaande voor zowel materialen als applicatiemethoden. Voor andere dan de vermelde materialen blijven de door de wegbeheerder gestelde functionele kwaliteitseisen van kracht, conform NEN-EN 1463 en/of de Standaard RAW Bepalingen [16.9-16.11, 16.12].
Markeringsmaterialen kunnen voorzien zijn van een KOMO- of gelijkwaardig productcertificaat. Op deze certificaten staan de eigenschappen, dag- en nachtzichtbaarheid, stroefheid, kleur en de slijtageweerstand (T0-T2, P0-P6) vermeld.
Als niet-gecertificeerde producten worden toegepast, wordt aanbevolen dat de wegbeheerder gedurende de gebruiksperiode de functionele eigenschappen met metingen laat bepalen om de functionaliteit te kunnen handhaven.
Levensduur: de levensduur wordt ingeschat naar de bestandheid tegen een x-aantal overrollingen (roll-over classes) conform NEN-EN 1824 [16.13]. Hoe hoger de T-waarde voor tijdelijke markeringen of de P-waarde voor permanente markeringen, hoe hoger de te verwachten functionele levensduur. De in de tabel vermelde levensduur is gebaseerd op ervaringen uit het verleden en de toepassing van KOMO-gecertificeerde materialen.
Type-II-markeringen: zijn voornamelijk geschikt voor lengtemarkeringen, voor de overige markeringen zoals dwars-, symbool-, tekst- en vlakmarkeringen zijn deze minder geschikt. Type-II-markeringen zijn verkrijgbaar als volle belijning of als agglomeraatbelijning.
Stroefheid: als een type-II-markering bestaat uit een volle lijn, moet de stroefheid overeenkomen met de stroefheid voor een ‘normale’ streep, klasse S3, SRT ≥ 55 (NEN-EN 1436). Als bijvoorbeeld een agglomeraat- of spetterplastbelijning is toegepast, kan de stroefheid vrijwel niet gemeten worden. Aangenomen wordt dat deze minimaal kan voldoen aan klasse S1, SRT ≥ 45 (NEN-EN 1436).
Puntstukken: om bij het opvullen van puntstukken het gebruik van onnodig grote hoeveelheden markeringsmateriaal, zoals thermo- of koudplasten, te voorkomen, kunnen ze minder dik worden aangebracht dan de kantstrepen en de contourbelijning van het puntstuk. Bijkomend voordeel is dat een dunnere laag gemakkelijker te verwijderen is als het puntstuk verwijderd of verplaatst moet worden. Voor bijvoorbeeld het opvullen van het puntstuk zal bij de applicatie van thermoplasten een laagdikte van maximaal 1500 μm voldoende zijn. Als de opvulling van het puntstuk bestaat uit materiaal met ingemengde reflecterende middelen, kan overwogen worden het nastrooien met reflecterende middelen achterwege te laten.
Behalve de vermelde markeringsmaterialen, zijn ook (witte) klinkers, betonstraatstenen of markeringstegels toepasbaar.
Gezien de hinder die het verkeer ondervindt bij het herstellen van markeringen, heeft toepassing van duurzame en snel drogende materialen in het algemeen de voorkeur.
In aanvulling op de tabel is het volgende op te merken.
  • Soms wordt geprofileerd markeringsmateriaal gebruikt voor een verhoogde zichtbaarheid en/of als akoestische waarschuwing. Bijvoorbeeld voor krappe bochten, kruispunten, als afscheiding van fiets- en busstroken, of om autoverkeer van een fietsstrook te weren. Mogelijk nadeel is de toename van (klachten over) geluidsoverlast.
  • In specifieke omstandigheden kan markering worden ondersteund in de vorm van wegdekreflectoren. Bijvoorbeeld om autoverkeer van een fietsstrook te weren. De reflectorwerking vindt echter alleen bij duisternis plaats en dan nog alleen door aanstraling van de koplichten van auto's, niet van fietsen. Voorkom een hoogteverschil tussen wegdek en reflector.
Bij werk in uitvoering vinden voor tijdelijke situaties wegdekreflectoren en voorgevormde stroken ruimere toepassing.

De kleur van permanente markeringen is wit. Een uitzondering daarop is de markering voor parkeerbeperkingen (geel en blauw). De tijdelijke markeringen voor werk in uitvoering is geel.