Omvang 30-km/h-zone en erf

Voor de instelling van een verblijfsgebied moet eerst worden vastgesteld welke straten tot de 30 km/h-zone of het erf zullen behoren. Gebiedsvreemd (doorgaand) verkeer kan het karakter van een verblijfsgebied ernstig aantasten. Bovendien moet een evenwichtige interne verkeerscirculatie worden ontworpen: het is ongewenst dat wegvakken of kruispunten zwaar worden belast. Er is geen norm waaraan de intensiteit op wegen binnen een verblijfsgebied getoetst kan worden. De wetgeving gaat uit van een zodanige inrichting en beeld van de weg en de omgeving dat de maximumsnelheid redelijkerwijze voortvloeit uit die inrichting. Strikt genomen is er geen sprake meer van een intensiteitscriterium. Van belang zijn meer de stedenbouwkundige opzet, de uitstraling en de vormgeving van het gebied en de wegen.

De maximale omvang van een 30 km/h-zone en een erf wordt bepaald door de functies binnen het gebied en de stedelijke structuur. Hoe kleiner het gebied, des te geringer zullen de problemen zijn met betrekking tot de verkeerscirculatie. In de praktijk zal het om verschillende redenen (bijvoorbeeld vanwege de kosten) vaak niet mogelijk zijn een wat groter gebied ineens aan te pakken. In dat geval kan worden gekozen voor een gefaseerde aanpak. Bij een dergelijke 'van klein naar groot' benadering moet echter worden gewaakt voor ad-hocoplossingen. Het is niet wenselijk dat binnen een wijk een onoverzichtelijke opeenvolging ontstaat van erven, 30 km/h- en 50 km/h-straten. De gewenste eindsituatie voor de gehele wijk moet uitgangspunt zijn voor de invulling van de fasen.

Een van de uitgangspunten van duurzaam veilige inrichting van wegen is dat grote verschillen in snelheid, massa en richting moeten worden vermeden. Vanuit dat oogpunt is het ongewenst een bedrijventerrein dat vrachtverkeer aantrekt op te nemen in, of te ontsluiten via een 30 km/h-zone waar de woonfunctie dominant is. Het verschil in massa tussen de fietsende en lopende verkeersdeelnemers en het vrachtverkeer is te groot. Het zware vrachtverkeer tast de leefbaarheid in een dergelijk gebied te zwaar aan en vergroot het risico op ernstige ongevallen. Het in een 30 km/h-zone vestigen van bedrijven die vrachtverkeer aantrekken, wordt eveneens ernstig ontraden.