Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Handboek Verkeersveiligheid
Deze tekst is gepubliceerd op 21-06-13

Totstandkoming van beleid

Beleidsvorming vindt plaats volgens de zogenaamde beleidscyclus: constateren van een probleem en daarmee de behoefte aan beleid, opstellen van beleid, uitvoeren van beleid, meten en evalueren en zo nodig bijsturen van beleid.
[ link ]

Figuur 3.3. Beleidscyclus voor verkeersveiligheid

In figuur 3.3 is de beleidscyclus voor het verkeersveiligheidsbeleid uitgebeeld. Op basis van de ongevalsgegevens of andere bronnen worden verkeersonveiligheidsproblemen vastgesteld. Inschatting vooraf van de effecten van mogelijke maatregelen moet uitwijzen welke maatregelen een oplossing kunnen bieden om de gesignaleerde onveiligheid terug te dringen. Een veel gebruikte methode voor het doen van ‘onderzoek vooraf’ is het uitvoeren van pilots. Maatregelen worden dan eerst op kleine schaal beproefd. Zo is de maatregel ‘Bromfietsers op de rijbaan’ eerst op een aantal trajecten in drie verschillende steden getest, alvorens ze landelijk is ingevoerd.
Voordat een maatregel kan worden ingevoerd, moet ook vaststaan of er voldoende draagvlak voor aanwezig is onder de Nederlandse bevolking. Jaarlijks wordt in opdracht van het ministerie van Verkeer en Waterstaat een grootschalige enquête gehouden onder de Nederlandse bevolking. Bij dit onderzoek, het Periodiek Regionaal Onderzoek Verkeersveiligheid, worden Nederlanders bevraagd over hun mening over nieuwe maatregelen, maar ook naar bijvoorbeeld hun eigen (snelheids)gedrag en ongevalbetrokkenheid.
Nieuwe maatregelen, zoals de maatregel ‘Bromfiets op de rijbaan’, worden vanwege de juridische consequenties ervan en omdat ze ingrijpen in de specifieke vrijheden van de Nederlandse verkeersdeelnemer ter goedkeuring aangeboden aan de Eerste en de Tweede Kamer in de vorm van een wetsvoorstel of een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Nieuwe maatregelen worden na invoering gemonitord en na een aantal jaren vaak ook geëvalueerd. Waar mogelijk, wordt het effect kwantitatief vastgesteld. Dit is niet altijd mogelijk omdat verkeersveiligheidsmaatregelen vaak niet op zich zelf staan, maar plaatsvinden in een omgeving waar meer veranderingen plaatsvinden.
De monitoring van ontwikkelingen en de evaluaties geven de beleidsmaker vervolgens inzicht in hoeverre de maatregelen succesvol zijn geweest en of de maatregelen bijsturing behoeven.
Niet alle maatregelen komen voort uit deze beleidscyclus. Ook vanuit de politiek komen regelmatig voorstellen tot het invoeren van nieuwe maatregelen. Zo is het in voorbereiding zijnde puntenrijbewijs het gevolg van een amendement van de Kamerfracties. Daarnaast komen veel maatregelen vanuit de Europese Unie. In het bijzonder voertuigeisen worden in Europees verband vastgesteld. De lidstaten zijn verplicht de nieuwe voorschriften in hun wetgeving op te nemen.