Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Richtlijn inpassing tram in stedelijke omgeving
Deze tekst is gepubliceerd op 08-11-22

Profiel van vrije ruimte (PVR)

Het profiel van een trambaan kent een dimensionering in de hoogte en de breedte. Houd voor de hoogte en breedte rekening met de ruimte waarbinnen de tram zich bevindt en de eventuele constructie voor de energievoorziening (zoals bovenleiding en masten).
Een belangrijke maat bij de constructie van een trambaan is het profiel van vrije ruimte (PVR): dit is de ruimte die vrijgehouden moet worden zodat trams veilig zonder schade kunnen passeren. Het profiel van vrije ruimte is afhankelijk van de voertuigconstructie en verschilt daarom per voertuigtype. Onder andere de constructiebreedte en -hoogte, maar ook het rijgedrag (het wiebelen van het voertuig) en de plaatsing van, en het type wielstellen heeft hier invloed op. Ook is er verschil tussen het PVR voor een recht stuk spoor of voor een boog. In de boog is het PVR vaak groter omdat het voertuig in de boog meer ruimte nodig heeft – dit is mede afhankelijk van de vormgeving van het voertuig. Naarmate de rijsnelheid hoger is, wordt ook de maat van het PVR breder, omdat het voertuig meer slingerruimte nodig heeft.
[ link ]

Figuur 8-10. Profielen rondom een tram (ontleend aan BOStrab [90])

Figuur 8-10 toont de verschillende profielen van een trambaan via een dwarsdoorsnede. Van klein naar groot zijn te zien:
  • constructieprofiel: de daadwerkelijke omvang van de tram;
  • (toelaatbaar) kinematisch omgrenzingsprofiel (‘KOP’): wat de tram aan ruimte nodig heeft bij het rijden (beïnvloed door beweging, slingeren, slijtage en belading van het materieel);
  • Profiel vrije ruimte (PVR) voor vaste objecten: binnen dit profiel mogen geen vaste obstakels en installaties aanwezig zijn.
Bij de inpassing van de trambaan in de stedelijke omgeving is het PVR dus leidend voor de ruimte voor de tram. Niet alleen omdat dit de randvoorwaarde is voor de plaatsing van objecten, maar ook voor het inrichten van de directe omgeving van de trambaan. Het PVR is op verschillende manieren aan te duiden voor ander verkeer op de weg: met een (schuine) trottoirband, belijning of afwijkende (kleur) bestrating (zie hoofdstuk 12).
[ link ]

Figuur 8-11. De markering bij het Amstelstation (Amsterdam) maakt het ruimteprofiel van een tram zichtbaar [f7]