Oversteekbaarheid
De oversteekbaarheid van rijbanen in stedelijk gebied is een belangrijk aspect binnen (de ontwikkeling van) een busnetwerk vanwege de veiligheid.
Definitie van een oversteekplaats
Een oversteekplaats is een locatie op een weg die bestemd is om over te steken en die als zodanig is aangegeven. Ze zijn er voor voetgangers en fietsers. Oversteekplaatsen komen bij het openbaar vervoer altijd voor:
Een oversteekplaats is een locatie op een weg die bestemd is om over te steken en die als zodanig is aangegeven. Ze zijn er voor voetgangers en fietsers. Oversteekplaatsen komen bij het openbaar vervoer altijd voor:
- Bij HOV-systemen met een busbaan in het midden van de weg, steken reizigers bij vertrek en aankomst telkens de halve rijbaan over.
- Bij verbindende systemen en ontsluitende systemen liggen haltes vaak aan het trottoir. Bij vertrek of aankomst steken reizigers een keer de volledige rijbaan over. Soms geldt dat ook voor HOV-systemen waarbij de busbanen in zijligging zijn aangebracht.
Er zijn verschillende typen oversteekplaatsen (ontwerprichtlijnen staan in paragraaf 11.3)
Voetgangersoversteekplaats (VOP)
Een voetgangersoversteekplaats is vaak uitgevoerd met brede witte strepen op het wegdek, wat in de volksmond 'zebra' of 'zebrapad' heet. Bestuurders moeten voetgangers en bestuurders van een gehandicaptenvoertuig die op een voetgangersoversteekplaats oversteken of op het punt staan dat te doen, voor laten gaan ( [ link ] art 49.2).
Een voetgangersoversteekplaats is vaak uitgevoerd met brede witte strepen op het wegdek, wat in de volksmond 'zebra' of 'zebrapad' heet. Bestuurders moeten voetgangers en bestuurders van een gehandicaptenvoertuig die op een voetgangersoversteekplaats oversteken of op het punt staan dat te doen, voor laten gaan ( [ link ] art 49.2).
Een zebrapad kan als hulpmiddel worden aangebracht op plekken waar veel voetgangers oversteken. Een zebrapad is geen maatregel die de verkeersveiligheid verbetert, maar wel de oversteekbaarheid van een weg.
Geregelde oversteekplaats (GOP)
Een geregelde oversteekplaats is een oversteekplaats die is voorzien van verkeerslichten. Voetgangers hebben niet automatisch voorrang. Bij een rood voetgangerslicht moeten zij wachten tot het licht groen is. Als de verkeerslichten uit staan, hebben voetgangers wel voorrang. Vaak zien bestuurders op de rijbaan dan een geel knipperlicht.
In de CROW-richtlijn wordt geadviseerd om bij een GOP geen zebrapad aan te leggen om verwarring over voorrang te voorkomen.
Een geregelde oversteekplaats is een oversteekplaats die is voorzien van verkeerslichten. Voetgangers hebben niet automatisch voorrang. Bij een rood voetgangerslicht moeten zij wachten tot het licht groen is. Als de verkeerslichten uit staan, hebben voetgangers wel voorrang. Vaak zien bestuurders op de rijbaan dan een geel knipperlicht.
In de CROW-richtlijn wordt geadviseerd om bij een GOP geen zebrapad aan te leggen om verwarring over voorrang te voorkomen.
Bij het openbaar vervoer komt een bijzondere situatie voor bij haltes met een GOP. Dat is het geval als de reiziger uit de bus stapt en wil oversteken, terwijl na het uitstappen de bus klaar is om te vertrekken. Bij het toepassen van GOP’s wordt bij de kop van de halte het oversteken van de reizigers apart geregeld ten opzichte van het vertrek van de bus; soms met voorrang voor de overstekende reiziger en soms niet.
Een oversteekplaats voor fietsers en voetgangers op een rijbaan met busstroken moet altijd minimaal voorzien zijn van een voorrangsregeling. In principe moeten fietsers en voetgangers voorrang verlenen aan passerende bussen en bestuurders van eventuele andere gemotoriseerde voertuigen. Dit geldt niet in gebieden waar fietsers en voetgangers de belangrijkste verkeersdeelnemers zijn en een hogere prioriteit hebben dan de bus. Dit kunnen centrum- of verblijfsgebieden zijn. Er zijn verschillende manieren waarop een oversteekplaats in het busnetwerk kan worden gerealiseerd.
Voetgangersoversteekplaatsen met zebrapad
Openbaar vervoer op een busbaan of een busstrook heeft in principe voorrang op overstekende voetgangers. De aanleg van een zebrapad is daarom niet wenselijk. De keuze of een voetganger of het openbaar vervoer prioriteit krijgt in een gebied, moet eerst beleidsmatig worden vastgesteld. De mate van oversteekbaarheid kan helpen in het maken van deze keuze. Daarbij kan de vraag gesteld worden of de bus over kan steken door de voetgangersstroom, maar ook of de voetganger over kan steken met het aantal bussen dat passeert. Op basis van de antwoorden op deze vragen kan gekozen worden om wel of geen zebrapad aan te leggen.
Openbaar vervoer op een busbaan of een busstrook heeft in principe voorrang op overstekende voetgangers. De aanleg van een zebrapad is daarom niet wenselijk. De keuze of een voetganger of het openbaar vervoer prioriteit krijgt in een gebied, moet eerst beleidsmatig worden vastgesteld. De mate van oversteekbaarheid kan helpen in het maken van deze keuze. Daarbij kan de vraag gesteld worden of de bus over kan steken door de voetgangersstroom, maar ook of de voetganger over kan steken met het aantal bussen dat passeert. Op basis van de antwoorden op deze vragen kan gekozen worden om wel of geen zebrapad aan te leggen.
Voetgangersoversteekplaats met kanalisatiestrepen
Breng kanalisatiestrepen, een markering op de weg om diverse soorten verkeer in goede banen te leiden, aan op locaties waar het wenselijk is om overstekende voetgangers te concentreren. Gebruik ze bij voorkeur als er verkeerslichten aanwezig zijn. Kruisende bestuurders hoeven dan geen voorrang te verlenen aan voetgangers die willen oversteken. Plaats geen bijzondere borden.
Breng kanalisatiestrepen, een markering op de weg om diverse soorten verkeer in goede banen te leiden, aan op locaties waar het wenselijk is om overstekende voetgangers te concentreren. Gebruik ze bij voorkeur als er verkeerslichten aanwezig zijn. Kruisende bestuurders hoeven dan geen voorrang te verlenen aan voetgangers die willen oversteken. Plaats geen bijzondere borden.
Zet de kanalisatiestrepen van een oversteekplaats door over een busbaan of over de op een rijbaan aanwezige busstroken. De oversteekplaats moet niet alleen herkenbaar zijn aan de kanalisatiestrepen, maar ook aan de voorzieningen aan de bermzijde, bijvoorbeeld een verlaagde band.
[ link ]
Voorbeeld van een ongewenst ingerichte voetgangersoversteekplaats: een combinatie van kanalisatiestrepen en een zebrapad
Fietsoversteekplaats
Fietsoversteekplaatsen met voorrang voor fietsers liggen parallel aan de doorgaande voorrangsweg en op doorgaande fietsroutes waar grote concentraties fietsers zijn. Regel de voorrang met haaientanden en bord B6 ‘Verleen voorrang aan verkeer op de kruisende weg’.
[ link ]
Pas bij solitair gelegen kruisingen met busbanen geen fietsoversteekplaatsen met voorrang toe, omdat de busbanen juist zijn aangelegd om een zo goed mogelijke doorstroming van het openbaar vervoer te garanderen. Een fietsoversteek waarbij het fietsverkeer geen voorrang heeft op het gemotoriseerde verkeer op de kruisende rijbaan, krijgt geen blokmarkering. De aanwezigheid van een blokmarkering kan namelijk suggereren dat aan de fietsers voorrang moet worden verleend, terwijl dit niet zo is. Het is beter om dan kanalisatiestrepen aan te brengen om de oversteekplaats te markeren.Voorrang voor fietsers bij aansluiting van busbaan.
Richt kruisingen van fietspaden met busbanen in door kanalisatiestrepen. Zet op rijbanen met busstroken de kanalisatiestrepen over de hele rijbaan, inclusief de busstroken, door. Breng oversteekplaatsen bij voorkeur haaks op de te kruisen rijbanen aan, dan blijft de lengte waarover moet worden overgestoken zo kort mogelijk. Hetzelfde geldt voor rijbanen waarop busstroken zijn aangebracht.
Oversteekplaatsen met waarschuwingsregeling
Oversteekplaatsen op busbanen kunnen worden voorzien van een waarschuwingsinstallatie als aanvulling op de voorrangsregeling. Als een waarschuwingsinstallatie wordt toegepast met lichten die bij een naderende bus gaan knipperen, gebruik dan ook een akoestisch signaal.
Oversteekplaatsen op busbanen kunnen worden voorzien van een waarschuwingsinstallatie als aanvulling op de voorrangsregeling. Als een waarschuwingsinstallatie wordt toegepast met lichten die bij een naderende bus gaan knipperen, gebruik dan ook een akoestisch signaal.
Om fietsers en voetgangers de gelegenheid te geven de naderende bus te kunnen zien aankomen en het kruispunt op tijd te verlaten, moeten de knipperlichten al gaan knipperen ruim voordat de bus het kruispunt heeft bereikt. Neem de tijd die een voetganger hiervoor nodig heeft als uitgangspunt. Zij hebben meer tijd nodig om het kruispunt te verlaten dan fietsers. De aanrijdtijd na detectie tot het kruispunt wordt zowel bepaald door de benodigde ontruimingstijd, als de tijd die de bus nodig heeft om zijn rijsnelheid aan te passen.
[ link ]
Voorbeeld van een kruispunt met waarschuwingsinstallatie.
Oversteekplaatsen met verkeersregelinstallatie (twee richtingen)
Oversteekplaatsen op busbanen die in twee richtingen worden bereden, kunnen worden beveiligd met een verkeersregelinstallatie. Een verkeersregelinstallatie bestaat uit verkeerslantaarns met fiets- of voetgangerssjablonen en voor de busrichtingen uit tram/buslantaarns of negenogen. Zolang er geen bus wordt gedetecteerd, staan de negenogen op rood licht en de fiets- en voetgangersrichtingen op wachtstand groen. Bij detectie van een bus worden de fiets- of voetgangerslichten rood en de negenogen wit.
Voor de fietsrichtingen kunnen ook tweekleurige verkeerslichten worden gebruikt. Als fietsers kunnen doorrijden, zijn de verkeerslantaarns voor fietsers gedoofd en de buslantaarns rood. Er is inschakeltijd nodig voor de overgang van gedoofd naar geel licht. De inschakeltijd en de ontruimingstijd bepalen de afstand vanaf waar de bus voor de oversteek moet worden gedetecteerd. Deze afstand is bij tweekleurige verkeerslichten dus groter dan bij normale verkeerslichten.