Bermongevallen Verkeersveiligheid is een belangrijk thema bij bermen. Er gebeuren in Nederland relatief veel bermongevallen. Enkele feiten op een rij: - circa een derde van alle verkeersdoden valt bij een bermongeval
- circa een zesde van alle ernstige verkeersgewonden valt bij een bermongeval
- circa een derde van alle bermongevallen vindt plaats in een bocht
- bij circa twee derde van de ernstige bermongevallen is een personenauto betrokken
- absoluut gezien vinden de meeste ernstige bermongevallen plaats op 80 km/h-wegen
Bij bermongevallen gaat het vaak om eenzijdige ongevallen, zoals het botsen tegen een obstakel (bijvoorbeeld een boom of mast), over de kop slaan of in een sloot belanden. Oorzaken Er wordt onderscheid gemaakt tussen mensgerelateerde en weggerelateerde ongevalsoorzaken. Mensgerelateerde factoren zijn: - afleiding van de rijtaak
- te hoge snelheid
- vermoeidheid
- alcohol-, drugs-, medicijngebruik
Weggerelateerde factoren zijn: - te smalle obstakelvrije zone (zie uitleg hieronder bij Maatregelen)
- te smalle halfverharding of het ontbreken daarvan (zie uitleg hieronder bij Maatregelen)
- te smalle redresseerstroken of het ontbreken daarvan (zie uitleg hieronder bij Maatregelen)
- te krappe boogstraal
- gebrekkige bebording, bebakening en/of markering
- er is niet gebruikgemaakt van botsvriendelijk wegkantmeubilair zoals lichtmasten (zie factsheet Botsvriendelijke masten)
- in het geval van fietsers: te groot hoogteverschil tussen wegdek en berm en/of te gering visueel contrast tussen wegdek en berm
Verhogen verkeersveiligheid: vergevingsgezinde berm Wegbeheerders in Nederland streven zo veel mogelijk naar vergevingsgezinde wegen en bermen. Hierbij zijn weg en berm zo ingericht, dat voorkomen wordt dat een verkeerde gedraging van de weggebruiker ernstig wordt afgestraft en bijvoorbeeld leidt tot een frontale botsing, het niet meer terug kunnen komen op de rijbaan of (in het geval van fietsers) een valpartij. Belangrijke aspecten bij de verkeersveiligheid van bermen zijn: - gecontroleerd terug op de weg kunnen komen als men van de weg raakt
- veilig in de berm kunnen stilstaan als men van de weg raakt (bergingszone)
- geen/zo weinig mogelijk objecten in de berm waar men tegenaan kan botsen
Maatregelen Hieronder staan enkele maatregelen waarvan uit (buitenlands) onderzoek is gebleken dat ze de verkeersveiligheid vergroten. Vaak wordt een combinatie van deze methoden toegepast. - Klein niveauverschil:
- klein niveauverschil tussen de rijbaan en de berm
- werking: het is gemakkelijker en veiliger om het voertuig terug te sturen naar de weg, ook voor de veiligheid van de fietsers (bij fietspaden en erftoegangswegen) is dit van groot belang
- aandachtspunt: in verband met de waterafvoer dient er enig niveauverschil te zijn (maximaal 2 centimeter)
- Redresseerstrook:
- verharde strook van 20 tot 30 centimeter breed rechts van de kantstreep
- werking: geeft bestuurder gelegenheid terug te keren naar de rijstrook
- Rumble strips of rammelstrook:
- (dwars)ribbels in langsrichting op het wegdek of in de langsmarkering (geprofileerde kantmarkering)
- werking: bij overrijding ontstaat geluid en/of trilling waardoor de bestuurder wordt gewaarschuwd dat hij van de weg raakt aandachtspunt: mogelijke geluidsoverlast voor aanwonenden
- Halfverharding (zie factsheet Halfverharde bermen):
- grasbetonstenen, kunststofmatten of steenmengsels naast de rijbaan
- werking: voertuig blijft beter bestuurbaar als het in de berm komt, de berm heeft meer draagkracht
- aandachtspunt: de weg moet niet breder gaan lijken want dit nodigt uit tot harder rijden, bovendien kunnen fietsers dan ‘verdrongen’ worden naar deze strook; om beide redenen is het belangrijk dat de semi-verharding een groene uitstraling heeft
- Obstakelvrije zone (zie factsheet Obstakelvrije zone):
- strook naast de weg zonder obstakels die bij aanrijding ernstige schade kunnen veroorzaken
- werking: als een voertuig van de weg raakt, botst het niet tegen een object
- aandachtspunt: het strikt doorvoeren van de obstakelvrije zone heeft gevolgen voor het landschap, bovendien kan een obstakelvrije zone in bepaalde gevallen ertoe leiden dat weggebruikers harder gaan rijden
- Afscherming:
- als de obstakelvrije zone niet kan worden toegepast, kunnen de obstakels met afschermingsvoorzieningen zoals geleiderail, barrier of rimpelobstakelbeveiligers (RIMOB’s) worden afgeschermd
- werking: door afscherming worden de gevolgen van een aanrijding beperkt
- Voertuigtechnologie:
- onder andere Elektronische Stabiliteitscontrole (ESC), Intelligente Snelheidsassistentie (ISA)
- werking: het voertuig ondersteunt de weggebruiker bij het uitvoeren van de rijtaak
- aandachtspunt: de komende tijd zullen er meer ontwikkelingen komen op dit vlak
|