Buitenberm
De buitenberm is een geïntegreerd onderdeel van de weg en vormt een geleidelijke overgang tussen de rijbaan en de naastgelegen omgeving. Uit landschappelijke, constructieve en verkeerstechnische oogpunten worden hieraan verschillende eisen gesteld. De verkeerstechnische eisen zijn:
- het bieden van vergevingsgezinde ruimte aan voertuigen die van de rijbaan raken;
- het bieden van ruimte aan voertuigen die wegens storing of een andere reden (tijdelijk) niet aan het verkeer kunnen deelnemen;
- de benodigde zichtlengtes in met name binnenbogen en bij viaducten.
In situaties met beperkte ruimte zal hiervan noodgedwongen moeten worden afgeweken. Versober het dwarsprofiel dan conform het relevante afpelschema (zie paragraaf 14.5) en tref compenserende maatregelen.
In de buitenberm van een gebiedsontsluitingsweg wordt in beginsel geen voertuigkering toegepast. Een dergelijke constructie is een basiskenmerk dat bij de weggebruiker de indruk van een stroomweg oproept. Op basis van lokale wegkenmerken is te overwegen om (lokaal) toch een voertuigkering toe te passen. De afwegingscriteria en aandachtspunten zijn beschreven in paragraaf 14.2.8.
Buitenbermen op erftoegangswegen vervullen naast de algemene functies, ook nog de volgende functies:
- bieden van ruimte voor onderhoudswerkzaamheden;
- bieden van uitwijkruimte voor fietsers en voetgangers;
- (eventueel) bieden van ruimte voor ruiterpaden;
- (eventueel) bieden van ruimte om te passeren;
- (eventueel) bieden van ruimte om te parkeren.