ontwerpsnelheid 30 km/h voor hoofdfietsnetwerk en 20 km/h voor basisnetwerk
berm aanwezig tussen fietspad en hoofdrijbaan (verhoogd of à niveau)
bij tweerichtingsverkeer op fietspad altijd asmarkering; zie V5
kantmarkering (zie V6) als het fietspad langs een weg afbuigt en bij het ontbreken van straatverlichting; buiten de bebouwde kom op alle utilitaire fietspaden
bij voorkeur gesloten verharding (asfalt of beton)
plaatsen bord G11 (‘Verplicht fietspad’) of bord G13 (‘Onverplicht fietspad’); zie V1
kleur verharding bij voorkeur rood
zelfde voorrangsregiem als voor naastgelegen rijbaan; indien voorrang op zijweg, dan doorlopende verharding van fietspad over het kruispuntsvlak (met uitritconstructie conform CROW-publicatie 344); zie V23
Maatvoering
breedte fietspad
Eenrichtingspad
Tweerichtingenpad
spitsuurintensiteit in één richting (fts/h)
breedte (f)
spitsuurintensiteit in twee richtingen (fts/h)
breedte (f)
0-150
2,00 m
0-50
2,50 m1)
150-750
2,50-3,00 m
50-150
2,50-3,00 m
> 750
3,50-4,00 m
150-350
3,50-4,00 m
> 350
4,50 m
1) Tot een breedte van 2,50 m heeft een pad aan beide zijden een overrijdbare berm, zodat fietsers de mogelijkheid hebben om uit te wijken