17 Natuurlijk Sturen
Natuurlijk Sturen | |
Beïnvloeding gedrag weggebruiker door maatregelen die passen bij de (landschappelijke) omgeving. | |
Basisinformatie | |
Sturen van verkeersgedrag Wegbeheerders werken steeds vaker met Natuurlijk Sturen. De aanleidingen daarvoor zijn veiligheid én ruimtelijke kwaliteit. Bij Natuurlijk Sturen zet men omgevingskenmerken in om het gedrag van weggebruikers te beïnvloeden. Doel is de weg en de omgeving zo in te richten dat alle weggebruikers als vanzelfsprekend veilig verkeersgedrag vertonen. Natuurlijk ‘Natuurlijk’ heeft een dubbele betekenis:
Twee principes die de veiligheid vergroten Er zijn twee principes waarmee de maatregelen in het kader van Natuurlijk Sturen de verkeersveiligheid vergroten:
Snelheid omlaag De redenatie dat uit de verkeersintensiteit automatisch en standaard voor elk type weg een basisprofilering volgt, wordt verlaten. Er wordt juist gekozen voor een differentiatie in ontwerpsnelheid. In een oud woonlint kan bij een hoge verkeersintensiteit toch een lagere ontwerpsnelheid volgen dan bij een weg met dezelfde intensiteit in onbewoond gebied. Gemotoriseerd verkeer te gast Het verschil in massa en snelheid tussen verschillende verkeersdeelnemers en de onmogelijkheid om deze verkeersdeelnemers ruimtelijk van elkaar te scheiden, is het belangrijkste aandachtspunt op plattelandswegen. Bij de inrichting van deze wegen dient daarom vooral gestuurd te worden op het aspect Vergevingsgezind (een van de vijf Duurzaam Veilig-basisprincipes). Duurzaam Veilig definieert dit als ‘anticipatie van andere weggebruikers die de verwachtingen van weggebruikers ondersteunen’. Voor plattelandswegen betekent dat vooral dat de dominante rol van het gemotoriseerde verkeer moet worden teruggebracht op een manier dat dit verkeer zich – zeker op specifieke locaties – te gast gaat voelen. De inrichting van de weg moet de verwachting van de weggebruiker voeden dat er andere soorten (en langzame) weggebruikers op zijn pad komen. Of de verwachting dat er bijvoorbeeld klei op de weg kan liggen of dat er onverwachts mensen of huisdieren uit een uitrit kunnen komen. Terug naar een natuurlijke uitstraling Vragen zijn dan: Welke ruimtelijke aspecten bepalen dat automobilisten zich op een zekere locatie te gast voelen? Wat is de invloed van een bepaald type begroeiing? Heeft de rommeligheid van een ongemaaide berm hetzelfde effect op het rijgedrag als een heg van meidoorn? Door een licht grindkleurig wegdek toe te passen wordt:
Het wordt er ook mooier van Het idee is dat een ‘krapper’ wegbeeld tot een lagere snelheid leidt. In de praktijk blijken veel van die maatregelen goed toepasbaar en te werken. Naast het echt smaller maken van de weg, worden bijvoorbeeld hekken in de wegkant geplaatst of heggen in de berm aangebracht. Ook worden drempels versterkt door ze in beide bermen een hek met ‘vleugels’ te geven. Zo wordt een ‘rottige’ verkeersdrempel een ‘aardig’ bruggetje. [ link ] Figuur 17-1. Zo wordt een ‘rottige’ verkeersdrempel een ‘aardig’ bruggetje. [F1, F2] Als alternatief voor reguliere verkeerstechnische maatregelen De maatregelen van Natuurlijk Sturen kunnen vaak gezien worden als een alternatief voor puur verkeerstechnische maatregelen als plateaus en drempels. Natuurlijk Sturen maakt gebruik van in het landschap aanwezig elementen. Een voorbeeld is de aanwezigheid van een heul (een duiker) in de weg. Die werkt als een verkeersdrempel: even effectief, maar vormt een harmonisch deel met het landschap. Door de logische plek in het landschap kunnen attenderende verkeersborden en markering achterwege blijven. In combinatie met reguliere verkeerstechnische maatregelen Natuurlijk Sturen kan een bijdrage leveren aan de weginrichting, maar staat niet op zichzelf. Gedragsbeïnvloedingsmaatregelen die passen bij het gedrag van de doelgroep zullen de minste weerstand oproepen en het snelst leiden tot het gewenste gedrag. Zeker is het soms nodig de maatregelen uit Natuurlijk Sturen aan te vullen met ‘hardere’, meer dwingende maatregelen. Daarbij gaat het om de reguliere verkeerstechnische maatregelen zoals verkeersdrempels. Basiskenmerken wegontwerp Voor Gebiedsontsluitingswegen en Stroomwegen zijn binnen Duurzaam Veilig Basiskenmerken voor het wegontwerp gedefinieerd. Door de aanwezigheid van deze kenmerken, weet de weggebruiker wat van hem verwacht wordt, hoe hij zich dient te gedragen. Ook bij het toepassen van het inrichtingsprincipe van Natuurlijk Sturen is sprake van herkenning. Juist door het ontbreken van een uniforme verkeerskundige inrichting wordt de herkenbaarheid van een Erftoegangsweg verhoogd. Dit is wat deze categorie weg onderscheidt van een Gebiedsontsluitingsweg en een Stroomweg: Herkenbaarheid door inrichting met een ‘Verblijfstaal’ in plaats van een ‘Verkeerstaal’. Dus geen verkeersborden, geen witte belijning en markering, geen zwarte asfaltbaan, geen vlak en strak profiel met verkanting in de bochten, geen strakke brede en lege bermen. Daarnaast is de Erftoegangsweg onderscheidend en ook herkenbaar door zijn diversiteit in de inrichting. Elke locatie kent maatwerk. [ link ] Figuur 17-2. Natuurlijk Sturen-maatregel en ‘harde’ verkeerstechnische snelheidsremmer: zelfde doel en effect, verschillende uitstraling. [F1, F2] Aanpak Voordat er een plan wordt gemaakt, vindt er een analyse plaats. Daarbij wordt onder meer gekeken naar:
Bij Natuurlijk Sturen staat een integrale aanpak centraal. Zowel bij de analyse vooraf als bij het maken van het ontwerp en de uitvoering. Betrokken disciplines kunnen zijn:
Middelen Er wordt gewerkt met onder andere:
Essentieel is dat de gekozen aanpassingen passen bij het landschap, de daarin aanwezige elementen (brug, watergang, enzovoort) en de cultuurhistorie. Het landschap is leidend, de ruimtelijke kwaliteit dient te worden versterkt. Het gaat dus niet om het eenvoudig aanplanten van extra groen. | |
Samenhang | Aandachtspunten |
[ link ] 17-3. Shared Space [ link ] 17-4. Natuurlijk Sturen [F1] |
|
Voorbeelden | |
[ link ] Figuur 17-5. Voorbeeld van goed werkende strook grasstenen en een geschoren struweelhaag als vergevingsgezinde bermbeplanting. [F1, F2] [ link ] Figuur 17-6. Zo wordt een ‘rottige’ verkeersdrempel een ‘aardig’ bruggetje. [F1, F2] [ link ] Figuur 17-7. Voor en na: het vervangen van bebording en markering door maatregelen die passen bij de (landschappelijke) omgeving. [F1, F2] [ link ] Figuur 17-8. Gefaseerd beheer: Verspreide blokken riet in de oever. [F1, F2] [ link ] Figuur 17-9. Voorbeeld van geleiding van de wijziging van de ontwerpsnelheid van 60 naar 30 km/h door toepassing van een andere kleur en/of type verharding. [F1] [ link ] Figuur 17-10. Hier is net voldoende prikkeling en informatie. Er staan her en der boerderijen, er zijn uitritten, er staat groen, de weg maakt een bocht. De sfeer is die van een kleine kern. De boom staat precies op de goede plek; ze doorbreekt de lange lijn zonder het uitzicht te veel te beperken. [F3] [ link ] Figuur 17-11. De schuine aansluiting van de weg op deze brug remt de snelheid alvorens op de weg uit te komen. | |
Meer informatie | |
|