Overzicht RVV-borden
In dit onderdeel worden de verkeersborden van bijlage 1, behorend bij het RVV-1990, afzonderlijk behandeld. Direct afgeleide (niet-RVV-)verkeersborden zijn hier ook opgenomen.
Voorbeelden hiervan zijn:
- De toegestane zoneborden, het zonebord ‘30 km/h’ of ‘60 km/h’ is derhalve onder bord A1 terug te vinden.
- De diverse varianten van model E10 zoals opgenomen in de ‘Richtlijn parkeerbebording’ (CROW-publicatie 134).
- ‘Betaald parkeren’ en ‘parkeren voor vergunninghouders’ op basis van gemeentelijke verordeningen.
- Bewegwijzering (ook fietsbewegwijzering en toeristische bewegwijzering)
Bordennummering
Er worden in deze kennismodule twee nummeringen aangehouden. Allereerst de RVV-nummering. Deze vindt zijn basis in de wet- en regelgeving. Deze nummering wordt onder andere gebruikt bij handhaving en vergunningverlening.
Daarnaast is er, in de NEN-commissie ‘Verkeerstekens’, een fabrieksnummering (ook wel modelnummering genoemd) ontwikkeld, waarin ieder bord een gedetailleerder code krijgt om bij bestellingen van borden misverstanden te voorkomen tussen leveranciers en bestellers. Deze fabrieksnummering is uitgewerkt voor RVV-borden, maar ook voor de niet-RVV-borden en tijdelijke (werk-in-uitvoering-)borden. Reeds bestaande niet-RVV-borden krijgen vanwege de logica van de systematiek veelal ook een nieuwe code.
Voorafgaand aan elk hoofdstuk of categorie van verkeersborden is een overzicht gegeven van de verkeersborden die onder dat hoofdstuk vallen. Vervolgens is per verkeersbord in beginsel de volgende indeling aangehouden:
- De afbeelding(en) van het bord.
- De betekenis van het bord conform het RVV 1990.
- Een overzicht in de vorm van een tabel met de volgende gegevens:
- de plaatsing of verwijdering van het bord krachtens een verkeersbesluit; - de zonale toepasbaarheid van het bord; - de minimale en wenselijke eigenschappen van het retroreflecterend materiaal op het bord. - De letterlijke tekst van de ’Uitvoeringsvoorschriften BABW inzake verkeerstekens’ (hoofdstuk II, verkeersborden, paragraaf 4: voorschriften voor de afzonderlijke borden).
- De toepassingen van het bord. Deze kunnen bestaan uit:
- een toelichting van de betekenis volgens het RVV 1990; - een toelichting op de uitvoeringsvoorschriften; - verkeerskundige achtergronden; - aanbevelingen wanneer het bord wordt toegepast of juist niet wordt toegepast; - aanbevelingen over de plaatsing van het bord; - verwijzen naar andere publicaties of richtlijnen.
Aan de borden op basis van de WVW 1994, BABW, RVV 1990 en gemeentelijke verordeningen kunnen de overige niet-RVV-borden worden toegevoegd (zie hoofdstuk 3 Niet-RVV-borden):
- Markering en bebakening.
- Overige informatieve borden.
- Informatieborden bij verkeerslichten.
- Informatieborden ’bromfiets op de rijbaan’.
- Informatieborden ’waterwingebieden’.
- Overige informatieborden.